Het onderzoek van Reijnders laat zien dat traditionele technieken van herhaaldelijk bestuderen en markeren niet effectief zijn als het gaat om het op langere termijn onthouden en begrijpen van de informatie uit de tekst. Effectiever is het om technieken te gebruiken die je stimuleren om eerder opgeslagen informatie uit het geheugen op te halen, zoals jezelf testen. Het beste is om dat al tijdens het bestuderen van een tekst te doen (ophaaltaak). Door de leerling ook nog de mogelijkheid te bieden om na het ophalen van informatie de tekst opnieuw te bestuderen, kunnen ze de ophaaltaak gebruiken om te bepalen wat belangrijk is in de tekst en wat nogmaals bestudeerd moet worden. Als je dat doet, onthoud je de eerder opgeslagen informatie op de langere termijn beter. Ondersteuning in de vorm van een ophaaltaak moet wel goed worden afgestemd. Twee keer hetzelfde type vragen beantwoorden stimuleert dezelfde cognitieve processen, wat nodig is om de tekst op langere termijn te onthouden.

 

Daarnaast is een goede match tussen ophaaltaak en test belangrijk. Een goede match maakt dat leerlingen goed kunnen inschatten of ze de stof beheersen en hoe goed ze straks een toets kunnen maken. Toch gaat het uiteindelijk met name om het daadwerkelijke gebruik van de informatie die vrijkomt door de ophaaltaak en dit blijkt heel moeilijk te zijn. Het is lastig om na te gaan in hoeverre stof beheerst wordt en wat al dan niet opnieuw moet worden bestudeerd.