De vakantieperiode is een tijd voor rust en bezinning. De Nationale Onderwijsgids heeft daarom een nieuwe reeks: 'Rick redeneert'. Rick Veldman (25) is onze 'huis'student (want wat is een onderwijsredactie zonder student-correspondent!); naast zijn studie Geografie & Planologie aan de Rijksuniversiteit Groningen schrijft hij wekelijks over nieuws en actualiteiten voor de Nationale Onderwijsgids. Terwijl zijn studiegenoten van een biertje liggen te genieten op een zonnig strand, is het voor Rick een mooi moment om eens wat dieper over dingen na te denken. De komende acht weken geeft hij zijn nuchtere kijk op hot topics en serieuze zaken van het studentenleven. Kamerprijzen, het leenstelsel, langstudeerders? Rick heeft er een mening over. Deze week: de zin en onzin van ontgroeningen.
Door: Rick Veldman
De afgelopen jaren zijn mishandelingen en andere wantoestanden tijdens ontgroeningen bij studentenverenigingen meerdere malen in het nieuws gekomen. Van fysiek geweld tot inhumane vernederingen, het lijkt onduidelijk of de verenigingen wel grenzen kennen in hoe ver ze kunnen gaan met de ontgroening. Vorig jaar belandde een aspirantlid van Vindicat in Groningen met hersenoedeem in het ziekenhuis, nadat iemand met zijn schoen op zijn hoofd was gaan staan. Dat was het moment dat de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) en de Hanzehogeschool besloten dat de grens was bereikt. En terecht, dergelijke middeleeuwse praktijken zijn niet meer van deze tijd.
De studentenverenigingen
De studentenverenigingen die een ontgroening in hun introductietijd houden, zoals in Groningen Vindicat en Albertus Magnus, willen echter niet afstappen van het ontgroenen. Zo zorgt zo’n gezamenlijke ‘beproeving’ er volgens hen voor dat de aspirantleden, oftewel ‘knorren’, meteen een sterke band opbouwen en gemakkelijk vriendschappen sluiten. Maar gelekte beelden en verhalen zorgen ervoor dat het er voor buitenstaanders op lijkt dat deze aspirantleden vooral even op hun plaats worden gezet door de bijna sadistische oudere leden. De begeleiders van de introductiekampen (zoals deze uitstapjes onschuldig genoemd worden) beleven veel plezier aan het afranselen van een stel nieuwe, jonge studenten.
Opgelegde sancties
Nu, een jaar na het schoen-incident, hebben studentenverenigingen in Groningen allerlei regels opgelegd gekregen. Het belangrijkste middel waarmee druk wordt gezet zijn de studiebeurzen. Studiebeurzen worden grotendeels gebruikt om het bestuur van een vereniging te compenseren voor hun inzet, tijd en opgelopen studievertraging. Als een studentenvereniging zich niet aan de afspraken houdt, kan de universiteit deze beurzen intrekken, waardoor een bestuursjaar een duur grapje wordt. Studentenverenigingen mogen hun introductie-ontgroening blijven uitvoeren, maar ze mogen deelnemers niet meer een geheimhoudingscontract laten ondertekenen. Ook moeten aspirantleden dagelijks twee liter water of alcoholvrije drank kunnen drinken en moet de helft van de begeleiders nuchter zijn.
Waarom moet er toch ontgroend worden?
Het discutabele ontgroenen mag dus doorgaan, zij het onder toezicht en aangescherpte regels. Maar waarom? Bouw je niet even goede vriendschappen als je een week lang op kamp gaat, met allerlei activiteiten en bezigheden waarin teamwork en samen afzien centraal staan? Denk bijvoorbeeld aan droppings of survival-parcoursen. Voorstanders verdedigen de ontgroening onder andere met het argument dat aspirantleden bewust kiezen voor de ontgroening, maar dat is een foute redenatie. Ze willen graag lid worden van een bepaalde vereniging, maar om bij deze vereniging lid te worden kunnen ze niet om een ontgroening heen. Achteraf spreken ze misschien positief over de onderlinge band die zo’n ontgroening hielp scheppen, maar er zijn tal van andere, grote algemene studentenverenigingen in Groningen waar je als aspirantlid niet een ontgroening hoeft te doorstaan. Ik kan uit eigen ervaring spreken dat de band tussen de leden en de sfeer binnen zo’n vereniging minstens net zo goed is als bij een vereniging waar iedereen eerst wordt ontgroend.
Ik zit nu aan het einde van mijn studententijd en heb meer dan genoeg vrienden voor het leven gemaakt. Hier heb ik niet voor door de modder hoeven kruipen of me als een minderwaardige, nietsbetekenende ‘feut’ hoeven laten vernederen. Als studentenverenigingen vinden dat hun ontgroeningen horen bij de ‘cultuur en traditie van het studentenleven’, dan realiseren zij zich niet dat het merendeel van de studenten nooit zoiets hoeft te doorstaan. Het kan ooit met de beste bedoelingen zijn bedacht, maar de ontgroening in zijn tegenwoordig vorm schiet zijn doel ver voorbij.
© Nationale Onderwijsgids / Rick Veldman