(Novum) - De eerste resultaten van het experiment met de summerschool zijn veelbelovend. Op de vier scholen in regio Zuid die meededen aan de proef zijn 45 van de 52 deelnemers alsnog over naar het volgende jaar, een percentage van 87 procent. Dat bevestigt CNV Onderwijs vrijdag na berichtgeving van het AD. De resultaten van de overige tien deelnemende scholen worden later in de zomer bekendgemaakt.
De summerschool biedt zittenblijvers een laatste kans om toch nog over te gaan. Ze worden twee weken lang bijgeschoold en moeten daarna een toets maken over de stof die ze onvoldoende beheersen. Bij succesvolle afronding zijn ze alsnog over. "Het is gebleken dat het loont om twee weken extra les te krijgen en zo alsnog over te gaan", vertelt vicevoorzitter Joany Krijt van CNV Onderwijs.
Hun eigen docenten bepalen welke scholieren geschikt zijn voor de summerschool. Daarvoor zijn geen richtlijnen. "Uit expertise en professionaliteit van de docenten moet blijken of de scholier geschikt is om in twee weken tijd genoeg kennis op te doen om alsnog over te gaan", zegt Krijt. Dat niet iedere zittenblijver in aanmerking komt voor de summerschool is niet erg. "Lang niet elke leerling kan in twee weken tijd de achterstand inhalen."
Overigens wordt volgens de vakbond met de summerschool ook geld bespaard. Volgens CNV Onderwijs kost een extra schooljaar de overheid 7400 euro per leerling, terwijl de summerschool duizend euro per leerling kost, een besparing van 6400 euro.
De proef met zomerscholen duurt nog tot augustus. Als het aan CNV Onderwijs ligt zijn de huidige resultaten echter al voldoende om het experiment te verlengen. 'Wat mij betreft wordt het gewoon ingevoerd door het ministerie', zegt Krijt.
