Medio 2010 veranderde het Platform vmbo Bouwtechniek de naam van de afdeling Bouwtechniek in Bouwen, Wonen en Interieur. Met de naamswijziging ging ook de huisstijl op de schop en werd nieuw promotiemateriaal ontwikkeld.
De komende maanden staan in het teken van de volgende fase in het veranderingsproces. Dan zetten scholen, docenten en leerlingen samen de stap van denken naar doen.
De afgelopen vijf jaar vertoonde het aantal leerlingen dat koos voor bouwtechniek een sterke daling. Dat was aanleiding voor de leden van het Platform vmbo Bouwtechniek om te bekijken hoe het onderwijs aantrekkelijker kon worden gemaakt. De eerste stap was een andere naam, ondersteund met een opgefrist logo, een nieuwe huisstijl en bijpassend promotiemateriaal. De tweede stap is die van denken naar doen.
Scholen, docenten en leerlingen zijn nu zélf aan de slag om Bouwen, Wonen en Interieur hernieuwd op de kaart te zetten en de veranderingen tot een succes te maken. Zo ontvingen alle docenten een levensgrote deursticker die zeker de aandacht trekt. Ook kregen ze tips om het interieur van de klas aan te pakken. De ene docent laat leerlingen de muren in de kleuren van Bouwen, Wonen en Interieur schilderen, de ander vraagt leerlingen om de letters BWI uit te zagen en een opvallende plek te geven.
De ultieme blikvanger is een luchtballon, bestemd voor open dagen en voorlichtingsavonden. Bij het nieuwe promotiemiddel horen kaarten die de leerlingen doorverwijzen naar de website www.vmbo bwi.nl. Daar vinden ze informatie en filmpjes over meer dan honderd opleidingen en beroepen. Bovendien is een nieuwe voorlichtingsbrochure beschikbaar. Die geeft uitleg over het vmbo en over het derde en vierde leerjaar.
De luchtballon toont vier voorstellingen, bijvoorbeeld van een bedrijvige haven. Op het eerste gezicht zijn dat tekeningen. Wie dichterbij komt, ziet dat de voorstellingen geheel zijn opgebouwd uit bestaande producten; van een passer tot een vingerhoed en van een eiersnijder tot een pepermolen. De beelden stimuleren jongeren om met een andere blik naar hun eigen leefomgeving te kijken en te ontdekken dat niets is wat het lijkt. Daarmee komt het gesprek tussen docent en leerling verder op gang.
