Staatssecretaris Dekker van Onderwijs moet vóór 1 augustus aanstaande een nieuwe beslissing nemen en daarbij bekostiging verstrekken voor een nieuwe islamitische middelbare school voor mavo, havo en vwo in Amsterdam. Dat blijkt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van vandaag. Dat meldt de Raad van State.
Eind juni van dit jaar weigerde de staatssecretaris de bekostiging die Stichting Islamitisch Onderwijs Amsterdam (SIO) hem had gevraagd. Hij stelde een 'gegronde reden' te hebben om aan te nemen dat SIO niet aan de wettelijke voorwaarden voor bekostiging zal voldoen. Zo zou het bestuur van SIO niet onmiddellijk, onvoorwaardelijk en publiekelijk afstand hebben genomen van de uitlatingen van een voormalig bestuurslid dat in juni 2014 zijn steun betuigde aan IS. SIO wilde vervolgens ook niet meewerken aan een onderzoek van de Inspectie van het onderwijs, aldus de staatssecretaris. Naar het oordeel van de Afdeling bestuursrechtspraak "rechtvaardigen de feiten en omstandigheden in deze zaak niet de conclusie van de staatssecretaris dat een gegronde reden aanwezig is" om aan te nemen dat SIO niet aan de voorwaarden zal voldoen voor bekostiging.
Het bestuur van SIO heeft namelijk direct na de uitlatingen van het voormalige bestuurslid laten weten dat het zich distantieert van elke vorm van extremisme of terrorisme, dat het de sympathieën en uitspraken van het bestuurslid verwerpelijk vindt en dat het zijn positie in het bestuur onhoudbaar acht. Dat is vervolgens ook aan de staatssecretaris bevestigd in een brief van eind augustus 2014. Kort daarna is het desbetreffende lid als bestuurslid van SIO uitgeschreven. Deze ontwikkelingen dateren weliswaar van enige tijd na de uitlatingen, maar zij sluiten aan bij het standpunt dat SIO eerder heeft uitgedragen, aldus de Afdeling bestuursrechtspraak.
Hoewel SIO niet bereid was om vrijwillig mee te werken aan een oriënterend gesprek met de Inspectie voor het onderwijs, heeft zij de Inspectie wel laten weten "tot haar dienst" te staan als de Inspectie een onderzoek zou vorderen. De Inspectie heeft dat echter niet gedaan. Naar het oordeel van de Afdeling bestuursrechtspraak kan niet worden gezegd dat SIO vanwege een kritische houding over dat onderzoek en de betwisting van de wettelijke grondslag ervan, de medewerking aan een inspectieonderzoek heeft geweigerd. Dit kon voor de staatssecretaris geen aanleiding zijn om de bekostiging om die reden te weigeren.
Omdat er geen gegronde reden is voor de weigering van de bekostiging, heeft de Afdeling bestuursrechtspraak het besluit van de staatssecretaris vernietigd. Dekker moet nu vóór 1 augustus van dit jaar een nieuw besluit nemen waarbij hij aan SIO de bekostiging verstrekt. Op de zitting van 20 juli jl. heeft de staatssecretaris aangegeven dat er geen andere reden is om de bekostiging te weigeren. Bovendien heeft hij laten weten dat hij over alle gegevens beschikt om de hoogte van de bekostiging te bepalen.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids