DEN HAAG (Novum) - Ruim vier procent van de Nederlanders van 16 of ouder was in 2010 sociaal uitgesloten. Deze mensen deden nauwelijks mee aan sociale of maatschappelijke activiteiten en hebben slechte toegang tot instanties. Ook hebben ze het op materieel gebied moeilijk. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek vrijdag.
Er zijn meer mannen dan vrouwen die sociaal en materieel aan de kant staan. Onder jongeren gaat het om zo'n acht procent. Zij hebben het vooral op materieel gebied moeilijk. Maar weinig 65-plussers staan sociaal aan de kant.
De kans dat gescheiden mensen sociaal zijn uitgesloten, is een op tien. Deze mensen hebben vaak minder te besteden en zijn minder maatschappelijk actief. Ze onderscheiden zich volgens het CBS vooral van de getrouwde mensen en mensen wier partner is overleden, van wie slechts een klein deel maatschappelijke problemen heeft.
Ook herkomst en opleiding zijn van belang. Van de autochtonen is slechts een krappe vier procent sociaal uitgesloten, tegenover negen procent bij niet-westerse allochtonen. Van mensen met alleen basisonderwijs en vmbo of mavo is bijna acht procent sociaal uitgesloten. Met een middelbare opleiding is dit vier procent en onder academici slechts een procent.
Verder blijkt uit de cijfers dat sociale uitsluiting gepaard gaat met een slechtere gezondheid. Van de groep die sociaal uitgesloten is, zegt ongeveer de helft een goede gezondheid te hebben. Bij de totale bevolking is dat percentage tachtig procent.