Leerlingen van groep 7 en 8 van de basisschool kunnen meedoen. Gezamenlijk bedenken ze een vraag die zij aan een minister of staatssecretaris willen stellen over een onderwerp dat ze belangrijk vinden. Dat mag over van alles gaan. Langere schoolvakanties? Meer geld voor de natuur? Meer aandacht voor vluchtelingen? Tot 1 november kunnen de leerlingen hun vraag insturen, via hun juf of meester.

 

Uit alle inzendingen worden vijf vragen geselecteerd. De vijf bijbehorende klassen worden uitgenodigd om op 20 november naar de Tweede Kamer te komen en hun vraag in de plenaire zaal te stellen. De kinderen mogen op de 150 blauwe stoelen plaatsnemen. De betreffende bewindspersonen zijn aanwezig om hun vragen te beantwoorden. Het kindervragenuur wordt live uitgezonden op de website van de Tweede Kamer.

 

Voor het kindervragenuurtje is een speciale website gemaakt, waarop alle informatie over deelname te vinden is. Kamervoorzitter Khadija Arib doet in haar uitnodiging een beroep op alle basisschooldocenten: “Het is belangrijk dat ook kinderen de kans krijgen om zich uit te spreken over thema’s die zij op de politieke agenda zouden willen zetten. Zo kunnen zij al meedoen met onze parlementaire democratie. Ik zie hun vragen heel graag tegemoet!”

 

Het kindervragenuurtje is ingesteld naar aanleiding van een motie van Kamerlid Rens Raemakers (D66). Raemakers vindt dat kinderen echte inspraak verdienen. Kinderen hebben volgens Raemakers vaak het gevoel dat hun mening niet op prijs wordt gesteld.