Veel vacatures van bovenschools directeur en (adjunct)directeur zijn het afgelopen schooljaar niet op tijd vervuld. Dit blijkt uit een peiling onder directeuren in het primair onderwijs, zo meldt de PO-raad.
Evenals vorig jaar hebben de Algemene Vereniging van Schoolleiders (AVS) en de PO-Raad onderzoek gedaan naar vacatures en vervangingen in het primair onderwijs in schooljaar 2009-2010.
Vorig schooljaar was er zeven procent vacatures, zowel onder directie- als leerkrachtfuncties, ofwel 0,7 fte vacatures op 10 fte formatie. Het vertrek van een werknemer naar een andere school is de belangrijkste reden dat er vacatures ontstaan, gevolgd door pensionering.
Ongeveer 80 procent van de vacatures is tijdig ingevuld, dat geldt met name voor leerkrachten, middenkader en locatieleiders. Meer dan de helft van de schooldirecteuren ervaart dan ook weinig problemen bij het vervullen van de leerkrachtvacatures. Echter, een derde vindt dat het veel moeite heeft gekost een directievacature (op tijd) in te vullen.
Gebrek aan geschikte kandidaten is er de oorzaak van dat vacatures niet op tijd zijn ingevuld. Meer dan de helft geeft aan dat er weinig sollicitatiereacties op directiefuncties zijn gekomen. Voor een kwart geldt dat ook voor de leerkrachtvacatures. De zij-instroomregeling wordt zelden gebruikt door directeuren om vacatures in te vullen.
Het inzetten van een interim-directeur en een meerschools directeur zijn favoriete oplossingen wanneer directievacatures niet tijdig zijn ingevuld. Ruim een kwart van de directeuren kost het veel moeite vervanging te regelen voor leerkrachten.
De meerderheid gaat dan over tot het tijdelijk uitbreiden van het contract van een parttimer, het inzetten van een (gedeeltelijk) vrijgestelde leerkracht, het combineren van groepen of de directeur gaat voor de klas.