Afgelopen vrijdag zijn de vakbonden en de PO-Raad gestart met het overleg over de decentrale CAO-PO, zo meldt CNV Onderwijs. Dit is de cao die niet over de loonontwikkeling (de hoogte van het salaris) gaat.

CNV Onderwijs hoopt in deze cao onder andere afspraken te maken over het eenduidig vastleggen van de vakantie en verlofdagen, over personeelsbeleid in de diverse levensfasen, over de werkdruk van startende leraren, over het benutten van de fiscale ruimte in het bruto-nettotraject, over het vaststellen van de salarisschalen van directieleden op basis van fuwa-po en over een vergoeding van de vakbondscontributie gedurende het eerste jaar door de werkgever.

Over de inzet is begin dit jaar al met de leden gecommuniceerd, waarna deze in het voorjaar is vastgesteld door het bestuur van CNV Onderwijs. Door de onzekere politieke situatie die inmiddels was ontstaan, was men genoodzaakt om de start van het formele overleg uit te stellen. De verschillende partijen willen nu gaan proberen tot afspraken te komen.

Voor de PO-Raad staat de ambitie van goed onderwijs voor ieder kind voorop. Om die ambitie waar te maken is voldoende en gekwalificeerd personeel een noodzakelijke voorwaarde. Daarom zijn professionalisering en duurzame, gezonde, inzetbaarheid van personeel voor de PO-Raad belangrijke speerpunten voor de CAO-onderhandelingen.

Ook wil de PO-Raad de directeuren een herkenbare positie geven binnen de CAO. Daarnaast pleit de PO-Raad voor een verdere vereenvoudiging en grotere leesbaarheid van de CAO.

De CAO PO waarover nu onderhandeld gaat worden, betreft de secundaire arbeidsvoorwaarden. De primaire arbeidsvoorwaarden (o.a. de salarisontwikkeling) zijn nog een verantwoordelijkheid van de minister.

© Nationale Onderwijsgids