Normal_7735

GRONINGEN - Maar 46 procent van de docenten in het voortgezet onderwijs voelt zich tevreden, betrokken en competent voor de klas. Bijna twintig procent van de docenten blijkt matig tevreden en voelt weinig betrokkenheid bij hun beroep. Dit blijkt uit onderzoek van Esther Canrinus, waarop zij 27 oktober 2011 promoveert aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Er wordt heel vaak gesproken over professionele identiteit van docenten, maar veel minder over wat dat in de praktijk betekent’, zegt Canrinus. Ze deed daarom onderzoek naar hoe docenten in het voorgezet onderwijs hun beroep ervaren. Belangrijke graadmeters hierbij zijn: motivatie, betrokkenheid, vertrouwen in het eigen kunnen en de tevredenheid met betrekking tot hun beroep.

Zo’n 46 procent van de docenten scoort relatief hoog op al deze graadmeters. Dit zijn de gemotiveerde en betrokken docenten die zich competent voelen. Een kleinere groep van 34 procent voelt zich minder competent, maar is wel tevreden over het salaris. Canrinus: ‘Zij zijn aanzienlijk vaker tevreden over hun salaris dan de eerste groep. Waarschijnlijk juist omdat ze zichzelf niet zo competent vinden.’

Weinig vertrouwen en matig betrokken
Maar liefst twintig procent van de docenten scoort laag op alle graadmeters. Deze docenten zijn matig betrokken en gemotiveerd, hebben weinig vertrouwen in het eigen kunnen en zijn niet tevreden over hun beroep in het algemeen. Canrinus: ‘Allemaal aspecten die in eerder onderzoek gerelateerd worden aan uitval door bijvoorbeeld burn-out. Het is dus belangrijk dat aan deze groep aandacht wordt besteed door mensen die zich bezig houden met het personeelsbeleid.’

Canrinus onderzocht degraadmeters door middel van een vragenlijst, die werd ingevuld door 1214 leerkrachten. Veel van de graadmeters hangen nauw met elkaar samen. Canrinus: ‘Een docent die tevreden is over de ondersteuning die hij of zij krijgt op de werkvloer, voelt zich ook meer emotioneel betrokken. Ook wordt de emotionele betrokkenheid bij hun vak beïnvloed door de mate waarin docenten zich competent voelen. En hoe competenter ze zich voelen, hoe groter ook hun emotionele betrokkenheid wordt.’

Betrokken collega’s
De mate waarin docenten tevreden zijn over hun relatie met collega’s en leidinggevenden blijkt erg belangrijk voor het welbevinden van de docent. Juist de minder gemotiveerde docenten geven aan hierover niet tevreden te zijn. Canrinus: ‘Mijn allereerste aanbeveling zou dan ook zijn: besteed aandacht aan die relaties. Bijvoorbeeld door te zorgen voor een hecht team, waarin docenten en leidinggevenden betrokken zijn bij elkaar. En kies voor leidinggevenden met een duidelijke visie en een positieve sturing. Daarmee vergroot je de tevredenheid en emotionele betrokkenheid van veel docenten en behoud je ze voor dit vak.’

In de klas
Canrinus onderzocht ook de relatie tussen de manier waarop docenten zichzelf zien en hun gedrag in de klas. Verschillende docenten werden geobserveerd in de klas, zowel door twee externe observatoren als door hun leerlingen. Hieruit bleek dat juist de twintig procent matig tevreden docenten hoog scoren als het gaat om effectief klassenmanagement en de mate waarin zij hun leerlingen duidelijke instructies geven.

Canrinus: ‘Juist bij deze docenten verloopt de les ordelijk, is vaak van tevoren al helder waar de les over gaat en wordt gestructureerd lesgegeven. Dat klinkt positief, maar het is wel de vraag wat voor docent je voor de klas hebt staan als deze zich ontevreden of zelfs niet prettig voelen. Ik kan me voorstellen dat die mensen gewoon maar strak lesgeven, zonder toeters en bellen. Leerlingen geven aan dat de uitleg van deze docenten duidelijk en helder is, dat is positief. Maar je hebt ook nog zoiets als enthousiasme…’

© Nationale Onderwijgids