UTRECHT - In het overleg over geld voor sociale plannen werden ministerie, werkgevers en werknemers het niet eens over het aantal gedwongen ontslagen dat zou gaan vallen en waarvoor de besturen deels opdraaien. Door middel van een onafhankelijk onderzoek is dat in kaart gebracht.
Scholen moeten daar aangeven per welke datum zij hoeveel ontslagen verwachten. Ook de te verwachten kosten van uitkeringen of herplaatsingsmaatregelen worden onderzocht. Tenslotte vragen de onderzoekers `wat voor arbeidsmarktmogelijkheden ziet u (in het PO, VO, in andere onderwijssectoren, in andere sectoren van de arbeidsmarkt, als zelfstandige aan de slag gaan)?'.
Over die kansen zijn besturen zeer somber. Zeker de regionale expertisecentra, die in augustus 2013 ophouden te bestaan, zien geen enkele kans voor hun personeel. Door de combinatie van krimp en bezuinigingen in het basisonderwijs zit in die sector de deur op slot voor nieuw personeel.
Veel docenten uit het speciaal onderwijs hebben geen bevoegdheid voor het voortgezet onderwijs. Buiten het onderwijs zijn de arbeidsmarktkansen voor mensen met een pabo-diploma door de crisis ook minimaal. Gedwongen ontslagen op grote schaal zijn daardoor onvermijdelijk.
Grotere groepen met minder personeel
De bezuinigingen van 300 miljoen euro treffen scholen op verschillende manieren. De groepen in het speciaal onderwijs worden 10 procent groter, met 10 procent minder personeel. De ambulante begeleiding van leerlingen die met hulp naar een basisschool kunnen wordt gehalveerd.
De regionale expertisecentra - ook met veel ambulante begeleiders - houden op te bestaan. Tenslotte snijdt het ministerie in bureaucratie en projecten. Om een deel van de ambulante begeleiding overeind te houden vloeit 75 miljoen terug naar de nieuwe samenwerkingsverbanden.
Schattingen
Volgens het Algemeen Dagblad, dat inzage heeft gehad in de totaalomvang van het banenverlies, verdwijnen 3.800 fulltime banen van 5.000 mensen. Dat is minder dan de schatting van de Algemene Onderwijsbond (AOb) van 6.000 fulltime banen van 9.000 mensen.
Het verschil wordt veroorzaakt doordat de scholen de mensen meerekenen die mogelijk in de nieuwe samenwerkingsverbanden passend onderwijs aan de slag kunnen. Voor die groep is 75 miljoen beschikbaar, waardoor een kwart van de 6.000 fulltime banen misschien weer terugkomt.
De AOb heeft in haar schatting die mensen tot nu toe nog niet meegerekend, omdat die nieuwe samenwerkingsverbanden nog niet bestaan en deze groep eerst ontslagen zal worden. Hoeveel mensen en wie aan het werk kan bij de nieuwe samenwerkingsverbanden is onzeker. Reden om bij de schatting van het massa-ontslag voorlopig uit te gaan van de lijst met bezuinigingsbedragen die het ministerie zelf per school publiceerde. Op basis daarvan maakt de AOb een inschatting per school van het banenverlies.
Dreigend kwaliteitsverlies
Besturen wijzen op het dreigende kwaliteitsverlies in het speciaal onderwijs. Bij de AOb komen nu al berichten binnen van scholen die personeel dat met pensioen gaat of vertrekt niet vervangen. Hiermee nemen scholen in hun personeelsbestand alvast een voorschot om de ontslaggolf.
Maar omdat de leerlingenaantallen niet veranderen, neemt de werkdruk voor het personeel in deze overgangsfase fors toe.
AOb-voorzitter Walter Dresscher heeft al eerder in een brief aan de fractievoorzitters van Tweede en Eerste Kamer laten weten dat het massa-ontslag onverstandig is in tijden van crisis. Zeker omdat het banenverlies volgens hem onnodig is wanneer de 250 miljoen voor prestatiebeloning wordt ingetrokken.
© Nationale Onderwijsgids
Via Nieuwsbank