In 2016 is er voor peuterspeelzalen en locaties voor voor- en vroegschoolse educatie (vve) een subsidieregeling taal- en interactievaardigheden toegankelijk. Dat heeft het ministerie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid bekend gemaakt in de Staatscourant. Tot nu toe konden alleen kinderopvangorganisaties er gebruik van maken. Dat meldt het Nederlands Jeugdinstituut.
De subsidieregeling was eerst alleen bedoeld voor de beroepskracht of gastouder in de kinderopvang die werkt met kinderen van 0 tot 12 jaar. Vanwege de harmonisatie van de kinderopvang en peuterspeelzalen vanaf 2018 is besloten om de definitie van beroepskracht in de subsidieregeling vanaf het tweede aanvraagtijdvak uit te breiden met personen van 18 jaar of ouder die werkzaam zijn bij een peuterspeelzaal en bezoldigd en belast zijn met de verzorging, de opvoeding en het bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen.
De subsidieregeling gaat in 2016 van start en heeft een looptijd van 2 jaar. Het ministerie maakt elk jaar bekend welke opvangvormen onder welke voorwaarden in aanmerking komen voor het scholingsgeld. In 2016 is er aan scholingsgeld voor taal- en interactievaardigheden 3,4 miljoen euro beschikbaar. Organisaties die in aanmerking willen komen voor de subsidie moeten voor 30 april een aanvraag indienen.
Om in de kinderopvang te werken aan de taal- en ontwikkelingsstimulering van kinderen zijn goede taal- en interactievaardigheden van pedagogisch medewerkers en gastouders van belang. Daarnaast zijn deze vaardigheden belangrijk voor de communicatie met ouders en collega’s. De overheid stelt geld beschikbaar voor het volgen van trainingen gericht op verbeteren van taal- en interactievaardigheden via de subsidieregeling. De regeling wordt uitgevoerd door het Agentschap SZW.
© Nationale Onderwijsgids