Kinderopvangmedewerkers zijn vaak niet op de hoogte van alle kenmerken die bij jonge kinderen kunnen duiden op hoogbegaafdheid. Dat blijkt uit onderzoek van begaafdheidsdeskundige Ragnild Zonneveld. Veel pedagogisch medewerkers weten wel op welke cognitieve eigenschappen zij moeten letten, maar andere kenmerken, zoals gedrag, weten zij minder goed te interpreteren als een teken van mogelijke hoogbegaafdheid. Dit meldt Kinderopvangtotaal.
Voor de opleiding ECHA Specialist in Gifted Education van het Centrum voor Begaafdheidsonderzoek onderzocht Zonneveld de kennis van pedagogisch medewerkers over ontwikkelingsvoorsprongen bij jonge kinderen en het herkennen hiervan. Kinderopvangmedewerkers gaven zelf te kennen moeite te hebben met het signaleren van bijvoorbeeld gedragskenmerken van hoogbegaafdheid. Van een kind dat druk of intens gedrag vertoond, wordt al gauw gedacht dat het ADHD of autisme heeft.
Volgens Zonneveld zijn zowel kleuterleidsters als kinderen erbij gebaat als pedagogisch medewerker getraind worden in het (vroeg)signaleren van een ontwikkelingsvoorsprong. Pm’ers die in hun opleiding les hebben gehad over hoogbegaafdheid geven te kennen dat deze informatie voor hen van belang is geweest.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
