Wat verandert er in 2023 op het gebied van kinderopvang en STAP-regeling?

In 2023 verandert er een aantal regels op het terrein van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Hieronder ziet u wat er verandert op het gebied van kinderopvang en de wijziging Subsidieregeling STAP-budget. Dat meldt de Rijksoverheid. 

Ouders krijgen hogere vergoedingen als bijdrage in de kosten voor kinderen. Het gaat om het kindgebonden budget, kinderopvangtoeslag en kinderbijslag.

Kindgebonden budget 

Het kindgebonden budget gaat in 2023 extra omhoog. Het maximale bedrag dat ouders ontvangen voor het eerste kind, tweede kind en het extra bedrag voor alleenstaande ouders wordt verhoogd met 356 euro per jaar. Het maximale bedrag dat ouders ontvangen vanaf het derde kind wordt verhoogd met 468 euro per jaar. De verhoging van het maximumbedrag vanaf het derde kind is structureel, de andere verhogingen zijn bedoeld als tijdelijke koopkrachtmaatregel.

Uurprijzen 

De maximum uurprijzen voor 2023 worden voor alle vormen van kinderopvang extra verhoogd met 1,74 procent. De totale indexering voor de dagopvang en de buitenschoolse opvang komt daarmee uit op 7,32 procent (9,12 euro en 7,85 euro per uur). De uurprijs voor de gastouderopvang wordt met 5,06 procent geïndexeerd, wat neerkomt op 6,85 euro per uur. Er is tot deze hogere vergoeding gekozen vanwege de hoge inflatie in 2022.

Kinderbijslag 

De kinderbijslag voor kinderen tot en met 17 jaar stijgt, afhankelijk van de leeftijd van het kind, naar 385,37 euro, 327,56 euro of 269,76 euro per kind.

Aanvraagtijdvakken STAP-budget 

Per 1 januari treedt een wijziging van de Subsidieregeling STAP-budget in werking. Het eerste aanvraagtijdvak van het jaar 2023 wordt overgeslagen, waardoor er in 2023 vijf in plaats van zes aanvraagtijdvakken voor het aanvragen van STAP-subsidie zijn. Het eerste tijdvak gaat daarnaast van start op 28 februari 2023 in plaats van 1 maart. Ook wordt met de wijzigingsregeling het subsidieplafond voor 2023, de verdeling van het beschikbare bedrag over de aanvraagtijdvakken van dat jaar en het percentage van het bedrag per aanvraagtijdvak dat bedoeld is voor niet-digitaal ingediende aanvragen vastgesteld.

Door: Nationale Onderwijsgids