Britse onderzoekers ondervroegen 1.479 jongeren in de leeftijd van 14 tot 24 jaar naar de invloed van vijf verschillende social media: Facebook, Instagram, Twitter, YouTube en Snapchat. De vragen in de enquête gingen vooral over gevoelens van angst, eenzaamheid en depressie. 

 

Social media worden voornamelijk gebruikt om de positieve kant van het leven te belichten. Vooral op beeldmedia zoals Instagram lijkt dan alles perfect. Veel jongeren kunnen deze beelden niet goed naar waarde schatten. Volgens mediapsycholoog Mischa Coster vergelijken jongeren nog meer dan volwassenen hun eigen leven met die van een ander. Ze zijn nog zoekende naar hun identeiteit en daardoor gevoeliger voor de dingen die op social media voorbij komen. "Ze vergelijken de perfecte plaatjes met hun eigen leven en twijfelen dan of ze het zelf allemaal wel goed genoeg doen."

 

Van de vijf social media bleek YouTube bleek de beste invloed te hebben op jongeren. Volgens Coster komt dat doordat veel filmpjes ook de minder perfecte kanten belichten. Vloggers bijvoorbeeld laten ook de momenten zien waarop het niet zo goed gaat. 

 

Voor scholen ligt hierin nog wel een taak, volgens Coster. Zaken zoals online pesten, sexting en dergelijke komen wel steeds meer aan bod tijdens de lessen over mediawijsheid, maar de invloed van de perfecte beeldcultuur op het zelfbeeld van scholieren blijft nog onderbelicht.