Er bestaan grote verschillen in arbeidsparticipatie tussen jongeren met een niet-westerse achtergrond en jongeren met een Nederlandse achtergrond na het behalen van een mbo-diploma. Uit groot onderzoek van SEO blijkt een verschil van maar liefst 18,9 procentpunt. Dit meldt MBO Today.
SEO deed onderzoek naar de verschillen in arbeidsparticipatie van jongeren die in het studiejaar 2017/2018 hun mbo-diploma behaalden. Het onderzoek bestond deels uit een enquête, die door 2.100 jongeren is ingevuld. Hieruit bleek dat 80 procent van de jongeren van Nederlandse afkomst één jaar na het behalen van het mbo-diploma een baan had, tegenover 61 procent van de jongeren met een niet-westerse achtergrond.
Volgens de onderzoekers speelt discriminatie zeker een rol bij dit grote verschil. Jongeren met een niet-westerse achtergrond kunnen bijvoorbeeld minder makkelijk een stageplek vinden tijdens de opleiding. Toch kan maar 1,5 procentpunt van het verschil aan discriminatie worden toegeschreven, en de onderzoekers hebben dan ook moeite met het vinden van een passende verklaring voor het grote verschil. Wel bleek uit het onderzoek dat jongeren met een niet-westerse achtergrond vaker voor opleidingen met een lage baankans kiezen. Ook hebben deze jongeren minder vaak beschikking over nuttige informele netwerken zoals ouders, vrienden en bekenden die hen aan een baan kunnen helpen.
Door: Nationale Onderwijsgids