Normal_sander_dekker322

Scholen in het voortgezet onderwijs krijgen de komende jaren in toenemende mate te maken met de gevolgen van demografische krimp. Vooral in het vmbo wordt het daardoor lastig om overal in Nederland alle schoolsoorten aan te bieden. Schoolbesturen en gemeenten moeten daarom in actie komen. Dat schrijft staatssecretaris Dekker (onderwijs) in de voortgangsrapportage over de aanpak van leerlingendaling. 

Dekker: “Middelbare scholen zullen vanwege krimp steeds vaker afdelingen moeten sluiten, dat is onontkoombaar. De beschikbaarheid van alle schoolsoorten komt zo echter in het geding. Scholen in krimpregio’s moeten daarom snel in actie komen om samen met andere scholen in hun omgeving goed en bereikbaar onderwijs in stand houden.”
 
Twee jaar geleden presenteerde Dekker zijn plannen om de gevolgen van krimp in het onderwijs het hoofd te bieden. Tot nu toe waren vooral in het primair onderwijs de gevolgen hiervan groot. Inmiddels is 70 procent van de besturen in het primair onderwijs doordrongen van dit probleem. In plaats van afwachten tot een concurrerende school omvalt, zoeken zij - steeds vaker- collegabesturen op om samen tot een goed en gevarieerd regionaal onderwijsaanbod te komen.
 
Een team van experts vanuit het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) stimuleert schoolbesturen en gemeenten om in actie te komen. In 112 gemeenten zijn met geld van OCW inmiddels zogeheten procesbegeleiders aan de slag gegaan die besturen helpen samen de juiste maatregelen te nemen. Wetgeving die basisscholen in de weg zit bij het aangaan van samenwerking wordt aangepast. Dekker wil deze succesvolle aanpak ook in het voortgezet onderwijs toepassen.
 
Het vmbo heeft bijvoorbeeld vier verschillende leerwegen. In dunbevolkte gebieden wordt het steeds lastiger om alle vier aan te bieden. Scholen kunnen afspraken maken wie welke richting aanbiedt en zo toch tot een dekkend aanbod komen. Ook kunnen vmbo-scholen in sommige gevallen prima een (duur) praktijklokaal of zelfs een gebouw delen en zo de kosten drukken. Verder maakt Dekker het met een wetswijziging mogelijk om een deel van een opleiding op de ene plek te doen en een ander deel op een andere locatie. Scholieren kunnen dan de onderbouw dicht bij huis volgen en de bovenbouw - waar ze zich specialiseren – op een locatie wat verderop.
 
© Nationale Onderwijsgids