Uit het onderzoek bleek dat ouders veranderingen in het basisonderwijs wenselijk vinden om kinderen 21e-eeuwse vaardigheden aan te leren. Het gaat hierbij om communiceren, schrijf- en leesvaardigheden, samenwerken, zelfinzicht, probleemoplossend denken, rekenvaardigheden, culturele en sociale vaardigheden, kritisch denken, digitale vaardigheden en creativiteit. 

 

Uit het onderzoek blijkt dat ouders vinden dat communiceren het belangrijkste is dat kinderen moeten leren. Ook aan samenwerken en zelfinzicht hechten ouders waarde. Opvallend is dat digitale vaardigheden en creativiteit minder belangrijk gevonden worden, terwijl professionals het erover eens zijn dat dit onmisbare competenties in de 21e eeuw zijn. Als extra keuzevakken hebben sport, muziek en ‘mens en maatschappij’ de voorkeur van ouders, op de voet gevolgd door natuur, techniek en vreemde talen. 

 

Ouders denken dat kinderen 21e-eeuwse vaardigheden vooral in de onderwijslocatie en thuis aanleren. Driekwart van de ouders denkt dat kinderen het beste leren door de combinatie van klassikale lessen, in werkgroepen aan projecten werken en in individuele lessen extra uitleg krijgen. Opvallend is dat 74 procent van de ouders liever één of twee leerkrachten voor de klas ziet dan meerdere professionals die gedurende de dag les geven aan hun kind(eren).  

 

Ook ten aanzien van de lestijden is er beperkt behoefte aan verandering. Het traditionele rooster en het continurooster (waarbij alle kinderen tussen de middag op school blijven), werden het meest gekozen als effectief rooster voor kinderen om te leren. 17 procent van de ouders zouden het fijn vinden om vrije dagen/vakanties gedeeltelijk buiten de reguliere vakanties te plannen met een onderwijsconcept met flexibele lestijden.

 

868 ouders (klanten en niet klanten van UN1EK) uit de regio Maassluis, Schiedam en Vlaardingen deden mee aan het onderzoek.