Normal_opening_a_window_to_the_autistic_brain

De opvattingen van leerkrachten over de onderwijsbehoeften van zorgleerlingen in het reguliere basisonderwijs moeten serieus worden genomen. Leraren zijn in staat de behoeften van hun zorgleerlingen in te schatten. Zorgleerlingen, wanneer geïndentificeerd door de leraar, hebben in 80 procent van de gevallen geen officiële diagnose. Dit meldt de Vrije Universiteit naar aanleiding van het promotieonderzoek van Marjon Bruggink. 

De promovendus onderzocht de opvattingen van leerkrachten over de onderwijsbehoeften van zorgleerlingen in het reguliere basisonderwijs in de groepen 4 tot en met 8. 
 
De zorgleerling 
Bruggink vroeg leraren welke leerlingen volgens hen zorgleerlingen waren. Daaruit bleek dat slechts één vijfde van de door de leerkrachten geïdentificeerde zorgleerlingen een diagnose heeft (zoals ADHD, PPD-NOS of dyslexie). Bruggink beschouwt zorgleerlingen daarom als leerlingen die volgens de leerkracht meer ondersteuning nodig hebben om gestelde onderwijsdoelen te behalen. Leerkrachten, zo stelt zij, hebben er in de dagelijkse onderwijspraktijk veel meer aan om te denken in wat leerlingen nodig hebben, dan te kijken naar wat de leerling mankeert. 
 
Beoordeling onderwijsbehoeften
De onderwijsbehoeften van zorgleerlingen worden door leerkrachten onderscheiden in vier dimensies. De eerste dimensie is de behoefte aan ondersteuning bij instructie. De tweede ondersteuning bij gedrag en werkhouding. Als derde is er de emotionele ondersteuning en als laatste nog de ondersteuning die geboden wordt door medeleerlingen. Het meten van deze behoeften kunnen de leraren accuraat doen, zo concludeert Bruggink, door te kijken naar leerlingkenmerken, zoals schoolprestaties, de relatie met de leerkracht, het gedrag in de klas en zijn zelfbeeld ten aanzien van schoolse taken. 
 
De leraar
Het oordeel van de leerkracht over de onderwijsbehoeften van de zorgleerlingen wordt niet aantoonbaar beïnvloed door individuele leerkrachtkenmerken, zoals opleidingsniveau, persoonlijkheid en geloof in eigen kunnen als leerkracht, aldus Bruggink. De leerkrachten gaven daarnaast aan dat zij redelijk in staat zijn tegemoet te komen aan deze onderwijsbehoeften, hoewel dit het minst geldt voor de sociale- en gedragsondersteuning van leerlingen.
 
© Nationale Onderwijsgids