Normal_huiswerk__begeleiding__uitleg__studenten__vo__mbo__hbo__docent

De werkloosheid in de overheids- en onderwijssectoren is de afgelopen periode gestegen. Het ziekteverzuim is het laagst onder personeel van onderzoeksinstellingen en het wetenschappelijk onderwijs, en het hoogst onder personeel van het speciaal onderwijs en het basisonderwijs. Docenten in het voortgezet onderwijs zijn over het algemeen tevreden over hun beroep. Toch ervaart minder dan de helft (40 procent) van de docenten waardering van de maatschappij voor zijn beroep. Dit lijkt laag, maar is internationaal gezien aan de hoge kant. Dat meldt Onderwijs in Cijfers.

Het aantal banen in het primair onderwijs neemt de laatste jaren af. In de Randstad zijn de meeste vacatures. In het primair onderwijs werken vooral mensen die ofwel aan het begin van hun loopbaan staan (eind 20, begin 30 jaar) of juist aan het eind van hun loopbaan zijn (eind 50 jaar). Ook werken in het primair onderwijs voornamelijk vrouwen. Wel neemt het aantal mannen in de lerarenopleiding toe.

De werkgelegenheid in het voortgezet onderwijs is de afgelopen jaren licht gedaald. De arbeidsmarkt voor docenten is goed, vooral in de Randstad. Het aantal onvervulde vacatures is landelijk rond de 5 procent maar in de Randstad rond de 9 procent.

De werkgelegenheid in het mbo is in 2014 met 700 voltijdbanen gestegen. Het percentage werkzame vrouwen in het mbo is gestegen. Dit geldt zowel voor de directie, het onderwijsgevend personeel, het onderwijsondersteunend personeel als het aantal leraren in opleiding. Docenten in het mbo zijn over het algemeen ouder dan 35 jaar. In 2014 ligt de hoogste leeftijd op 59 jaar, terwijl het in 2009 54 jaar was.

Door de introductie van lectoren in het hbo in 2001 is er een nieuwe functie in de hogeschool gecreëerd. De lector heeft de taak een brug te slaan tussen beroepspraktijk en onderwijs. Het praktijkgerichte onderzoek aan hogescholen is een aanvulling op de huidige Nederlandse kennisinfrastructuur. De verdeling van lectoren over de onderzoeksdomeinen is bijna gelijk gebleven ten opzichte van 2010.

In de afgelopen 5 jaar zijn er geen grote verschuivingen opgetreden in het aantal aan de universiteit werkzame personen. In de afgelopen 5 jaar was er voor iedere ruim 10 studenten 1 wetenschappelijk medewerker beschikbaar. Hoewel het percentage vrouwen in hogere wetenschappelijke functies achterblijft bij het percentage vrouwen dat een wetenschappelijke opleiding afrondt, is het percentage vrouwen dat universitair hoofddocent of hoogleraar is al jaren stijgende.

© Nationale Onderwijsgids