Normal_hulp_handen_slachtoffer_samen_sterk

Op 1 januari 2020 wordt nieuwe beroepsvereniging voor en door leraren gelanceerd. Tenminste, als het aan de initiatiefnemers Jan van de Ven, Thijs Roovers en René Kneyber ligt. Zij hebben hiervoor inmiddels de steun van minimaal 10.000 docenten. De komende maanden gaan ze in gesprek met het ministerie van onderwijs hierover. Dit meldt Trouw. 

Doelen van de nieuwe lerarenvereniging zijn onder meer het ontwikkelen van een beroepsstandaard, een ethische code, goede nascholing en het ‘etaleren van beroepstrots’, schrijft Trouw. Leraren uit alle sectoren zijn welkom, van de basisschool tot het wetenschappelijk onderwijs. Een sterke vertegenwoordiging van leraren is juist nu zo belangrijk, vindt Van de Ven. “Er spelen zoveel discussies: over het lerarentekort, de curriculumherziening, de eindtoets.” 
 
Maar wat is het verschil tussen de nieuwe beroepsvereniging en de inmiddels opgeheven Onderwijscoöperatie? Deze samenwerking tussen vakbonden, vakbonden en vakverenigingen werd begin dit jaar officieel beëindigd vanwege onvrede over de koers: die werd te veel vanuit de bestuurders bepaald en te weinig vanuit de leraren zelf. 
 
De nieuwe vereniging wil het “heel anders doen”. De komende maanden gaan de initiatiefnemers in gesprek met het ministerie om te kijken wat de beste vorm is voor een nieuwe beroepsvereniging. In het advies Verkenning Leraren stelde Alexander Rinnooy Kan (D66) voor om een aantal leraar-informateurs te benoemen, “die de taak, de ruimte en de ondersteuning krijgen om het voortouw te nemen bij de discussie over de inrichting van de professionele ontwikkeling. Zo kan recht worden gedaan aan de enorme diversiteit in het onderwijs”, schreef Rinnooy Kan.
 
Want die diversiteit, die is er. Makkelijk wordt het daarom niet om een breed gedragen overeenstemming te bereiken, ziet Van de Ven. Maar de leraren hoeven het niet over alles eens te zijn. “Het gaat om beroepseer en binding van ons vak.”   
 
Door: Nationale Onderwijsgids