35 procent van de totale capaciteit van de kinderopvang is afgelopen jaar niet gebruikt. 76.000 van de in totaal 218.421 beschikbare plekken bleven vrij. Het aantal beschikbare plekken zakte niet zo snel als de vraag naar kinderopvang, waardoor één derde van de plaatsen overbodig was. Dit meldt Kinderopvangtotaal naar aanleiding van berichten van NRC Q.
Het Sociaal Cultureel Planbureau kwam eerder met cijfers waaruit bleek dat de vraag naar kinderopvang afgenomen is doordat de uitstroom van kinderen groter is dan instroom. Het aantal kindplaatsen in de kinderopvang zakte echter niet zo snel als het aantal kinderen dat opgevangen werd, zo concludeert NRC Q. In 2013 was daarom 35 procent van de kindplaatsen ongebruikt. Een kindplaats staat voor een volledige werkweek aan opvang. Gemiddeld genomen wordt een kindplaats bezet door twee kinderen, omdat velen vaak maar enkele dagen per week naar de opvang gaan. In 2010 en 2012 nam de vraag naar plekken al af, maar het aantal kindplaatsen steeg toen. Gevolg was dat 20 procent van de plekken in 2010 onvervuld bleef. Sinds 2012 dalen de kindplekken; van 220.382 naar 218.421 in 2013. In 2013 waren er echter maar 141.610 plaatsen nodig; er was dus nog een overschot aan kindplaatsen.
Er is een kans dat vraag en aanbod in de kinderopvang ook in de toekomst uit elkaar komt te liggen. Lex Staal, directeur van de Brancheorganisatie Kinderopvang, is bang dat de kinderopvangbranche niet mee kan bewegen met de groeiende vraag wanneer het tij keert. 'Ondernemers in de kinderopvang,' zo stelt hij, 'hebben 10 procent van hun klandizie verloren en zijn voorzichtig geworden.' Het is daarom mogelijk dat ouders in de toekomst weer te maken krijgen met wachtlijsten, net zoals het geval was voor de laatste bezuinigingsronde.
© Nationale Onderwijsgids