Normal_moeder_zoon_kind_familie_gezin

Volwassenen hebben vaak de neiging om tegen baby's en kleine kinderen anders te gaan praten dan tegen andere volwassenen. Ze gebruiken bijvoorbeeld 'schattige' onzinwoordjes, gaan overdreven articuleren of op een zangerige toon spreken. Uit Japans-Frans onderzoek blijkt nu dat deze vorm van babytaal, ofwel parenthese, kinderen niet helpt sneller taal te leren begrijpen en spreken. Dit meldt Vakblad Vroeg.

Onderzoekers van het RIKEN Brain Science Institute in Tokio deden onderzoek naar de 'babytaal' van moeders door geluidsopnames te vergelijken. Ze hadden het vermoeden dat ouders denken dat hun kinderen hen makkelijker begrijpen als ze langzaam en goed articulerend spreken en zo ook sneller leren spreken. Uit het onderzoek blijkt nu dat babytaal geen effect heeft op de taalontwikkeling van kinderen.

De onderzoekers namen de gesprekken op van 22 Japanse moeders en hun peuters. Deze opnames vergeleken ze met opnames van gesprekken die de moeders met de onderzoekers zelf hadden gehad.  De onderzoekers kwamen tot de verrassende conclusie dat de manier van spreken gericht aan volwassenen duidelijker was dan de babytaal. De wetenschappers zijn dan ook van mening dat ouders niet anders hoeven te gaan praten tegen hun kinderen om hun taalontwikkeling te bevorderen.

Waarom moeders ondanks het langzamer spreken toch onduidelijker praten tegen hun kinderen is de onderzoekers nog niet duidelijk. Ze vermoeden dat ze onbewust toch met andere dingen bezig zijn zoals emoties overbrengen of  aandacht trekken van hun kind. Daardoor besteden ze wellicht minder aandacht aan hun uitspraak dan ze zelf denken.

© Nationale Onderwijsgids