De nationale Week van Respect is een initiatief van de Respect Education Foundation. De stichting is in 2006 opgericht door onder andere Rabbijn Awraham Soetendorp als antwoord op de toenemende spanningen in de samenleving na de moord op Theo van Gogh.

 

Tijdens de Week van Respect geven wijkagenten, BN'ers, Kamerleden, burgemeesters, wethouders, veteranen en topsporters gastlessen en clinics aan jongeren op scholen van alle onderwijsniveaus, op sportvelden en in buurthuizen. Dit doen zij door persoonlijke verhalen met jongeren te delen. Onderwerpen die aan bod komen zijn: sociale veiligheid, kritisch leren denken over sociale verhoudingen, participatie, identiteit en het nemen van eigen verantwoordelijkheid. 

 

Aanvullend op de jaarlijkse Week van Respect biedt de Respect Education Foundation gedurende het hele jaar educatief lesmateriaal, training en projecten op maat aan scholen, maatschappelijke instanties en gemeenten aan. Dat aanbod betreft groepsdynamiek, cyberpesten, pittige gesprekken, identiteit, verkiezingen, duurzaamheid, 4 en 5 mei en diversiteit. De Respect Education Foundation ondersteunt bij handelingsverlegenheid rondom discussies in de klas over bijvoorbeeld homofobie, antisemitisme en islamofobie.

 

In december 2018 nam de Tweede Kamer een motie aan (motie Rog) om onder leiding van de Respect Education Foundation - inclusief haar Week van Respect - een nationale alliantie van aanbieders van educatief materiaal ter invulling van burgerschapsonderwijs aan te bieden. De exacte uitvoering van deze motie zal bij de aankomende begrotingsbehandeling OCW en SZW bekend worden.