In 2021 gaf 21 procent van de vrouwelijke werknemers van 15 tot 25 jaar aan te maken hebben gehad met ongewenste seksuele aandacht van klanten, patiënten, leerlingen of passagiers. Dit blijkt uit de nieuwste cijfers van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van CBS en TNO, die in het laatste kwartaal van 2021 is uitgevoerd onder 50 duizend werknemers van 15 tot 75 jaar.
Ook ongewenste seksuele aandacht van leidinggevenden of collega’s komt relatief veel voor bij jonge vrouwen: in 2021 had 6 procent van de vrouwelijke werknemers van 15 tot 25 jaar hier in de afgelopen twaalf maanden mee te maken. Vrouwen in alle leeftijdsgroepen kampen aanzienlijk vaker met ongewenste seksuele aandacht op het werk dan mannen. In totaal meldde 11 procent van de vrouwelijke werknemers ongewenst seksueel gedrag van klanten, patiënten, leerlingen of passagiers en 3 procent van leidinggevenden of collega’s. Bij mannen ging het om respectievelijk 2 procent en 1 procent.
Mbo-verpleegkundigen
Mbo-verpleegkundigen geven het vaakst van alle beroepsgroepen aan te maken te hebben gehad met ongewenste seksuele aandacht door patiënten of andere externen. In 2021 ging het om 37 procent van hen. Ook andere beroepsgroepen in de zorg zoals gespecialiseerd verpleegkundigen, verzorgenden en fysiotherapeuten hebben relatief vaak dergelijke ervaringen. Buiten de zorg rapporteren kassamedewerkers, en kelners en barpersoneel het vaakst seksuele aandacht van klanten. Kelners en barpersoneel hebben, evenals keukenhulpen, tevens relatief vaak (6 procent) te kampen met ongewenste seksuele aandacht van leidinggevenden of collega’s.
Ongewenste seksuele aandacht door klanten, patiënten, leerlingen of passagiers kwam in 2021 met 6 procent weer meer voor dan in 2020, toen het percentage iets lager was dan in voorgaande jaren. Het percentage werknemers dat te maken heeft met ongewenste seksuele aandacht van leidinggevenden of collega’s schommelt al jaren rond 2 procent.
Andere vormen ongewenst gedrag
Behalve met ongewenste seksuele aandacht kunnen werknemers ook te maken hebben met andere vormen van ongewenst gedrag op het werk, zoals pesten, intimidatie of lichamelijk geweld. Intimidatie komt hiervan het meest voor: in 2021 had 18 procent van alle werknemers in de voorafgaande twaalf maanden zelf te maken met intimidatie door klanten, patiënten, leerlingen of passagiers, en 9 procent met intimidatie door een leidinggevende of collega. Ook lichamelijk geweld komt vaker voor in contacten met klanten dan met leidinggevenden of collega’s. Pestgedrag daarentegen doet zich juist meer voor onder collega’s dan door klanten. In 2021 gaf bijna een kwart van de slachtoffers aan last te hebben gehad van online ongewenst gedrag.
Door: Nationale Onderwijsgids