Voor kinderen met een verstandelijke beperking is het niet altijd vanzelfsprekend om na de middelbare school een vervolgopleiding te doen. Volgens Minka Verheul en Bertina Slager moet daar verandering in komen. Ze hebben allebei een zoon met het Downsyndroom. Voor hen zijn ze druk bezig met het opzetten van een ontwikkelingsgerichte dagbesteding. Dat meldt NPO Radio 1.
In de meeste gevallen gaan kinderen met een beperking na hun voorgezet speciaal onderwijs tijd naar de dagbesteding. Daar gaan ze dan aan het werk. Maar volgens Verheul moet het leren daar niet ophouden. In het plan dat Verheul en Slager geschreven hebben gaan de kinderen drie dagen naar school en twee dagen naar stage. “In die combinatie zullen ze een doorontwikkeling blijven maken, net als alle andere kinderen.”
Ontwikkelingsgerichte dagbesteding
Het project heet Paratus en is opgericht als ontwikkelingsgerichte dagbesteding. Bij de dagbesteding leren de kinderen praktische zaken zoals koken, maar ook samenwerken. Stagebedrijven zijn er genoeg te vinden. “Sinds de kurk van de fles is, komen bedrijven naar ons toe en willen ze meedoen”, aldus Slager.
Paratus valt echter niet onder het onderwijs. Slager en Verheul hebben zelf de vrijheid om hun eigen onderwijsprogramma te draaien. Daar hebben ze wel de nodige onderwijsdeskundigen bij betrokken.
Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk