Er moet meer ondersteuning komen voor studentes die tijdens hun opleiding zwanger zijn of (kleine) kinderen opvoeden. Het aantal studenten uit deze groep dat de opleiding voortijdig afbreekt is erg hoog, deels omdat zij tegen veel praktische problemen aanlopen. Dat blijkt uit onderzoek van de Vrije Universiteit (VU) van Amsterdam. De onderzoekers concluderen dat onderwijsinstellingen lang niet altijd een beleid hebben opgesteld om deze groep studenten te helpen. Dit meldt de NOS.
Volgens het Steunpunt Studerende Moeders melden zich dagelijks studentes met hulpvragen. Veel onderwijsinstellingen blijken geen specifieke regels te hebben voor zwangere of moederende studenten, waardoor zij volledig afhankelijk zijn van het begrip van de docent of begeleider. De studenten krijgen met allerlei praktische problemen te maken, zoals aanwezigheidsplicht en urennormen of het ontbreken van een kolfruimte. Oprichtster Annemieke de Jong vindt het opmerkelijk dat zwangere studenten en studerende moeders zo weinig ondersteuning krijgen terwijl voor topsporters wel van alles geregeld wordt.
Vorig jaar ging het in totaal om zo’n 12 duizend zwangere studenten en studerende moeders. In het mbo valt de helft van de studentes in deze groep uit, in het hoger onderwijs stopt ongeveer twee derde voortijdig met de opleiding. Naar aanleiding van het onderzoek van de VU wil het Steunpunt nu dat het verplicht wordt voor onderwijsinstellingen om beleid op te stellen. De MBO Raad en Vereniging Hogescholen stellen echter dat scholen hiertoe niet verplicht kunnen worden. Het gaat om maatwerk en de verantwoordelijkheid ligt bij de onderwijsinstellingen zelf, aldus de sectororganisaties.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
