Nieuwe technologie zoals 3D-printen of sensor-chips veranderen de geneeskunde. Maar ook de operatielamp of stethoscoop kan nog beter, laten de eerste bachelors Klinische Technologie zien in hun afstudeerprojecten. Ze willen zowel het leven van medisch specialisten als van patiënten makkelijker maken met nieuwe techniek. Op donderdag 12 oktober neemt de eerste lichting studenten Klinische Technologie het bachelordiploma in Delft in ontvangst.
NOG
Eerste bachelors Klinische Technologie denken als arts én technoloog
-De TU Delft, de Universiteit Leiden (LUMC) en de Erasmus Universiteit Rotterdam (Erasmus MC) scholen sinds drie jaar gezamenlijk studenten in geneeskunde én techniek, in de bachelor Klinische Technologie. Dat gebeurt op verzoek van de zorg. Medische techniek is steeds belangrijker in ziekenhuizen, revalidatieklinieken en verzorgingshuizen.
“Als klinisch technoloog moet je echt een duizendpoot zijn”, zegt Arjo Loeve, docent en onderzoeker Biomechanical Engineering aan de TU Delft en coördinator van de eindprojecten Klinische Technologie. “Je hebt een brugfunctie tussen technologie en geneeskunde. Dat betekent dat ‘harde techniek’ je moet boeien, maar ook dat je grondige kennis hebt van geneeskunde én de taal van artsen spreekt.” In de eindprojecten komen al die eisen samen.
Vandaag krijgen ruim veertig studenten Klinische Technologie hun diploma. Hoe het was om de allereerste lichting te zijn? “Omdat je de allereerste bent, zijn er nog geen oefentoetsen. Het roosteren met drie reserveringssystemen bij drie universiteiten liep bijvoorbeeld ook nog niet helemaal soepel. Maar er was ook veel mogelijk juist omdat we de eersten waren. Zo mochten we bijvoorbeeld meekijken bij een openhartoperatie. Echt heel bijzonder.” “Ook voor docenten is alles nieuw. Ze staan daarom echt open voor ideeën en kritiek. Je vormt zo je eigen opleiding een beetje mee.” Een opleiding gezamenlijk verzorgd door drie universiteiten levert ook voor docenten interessante contacten op, die al tot nieuwe samenwerking in het onderzoek hebben geleid.
De bacheloropleiding Klinische Technologie leidt een nieuw soort medisch professional op. Een academicus met grondige medische én technische kennis, die een brug slaat tussen de techniek en arts en patiënt. De opleiding startte in het studiejaar 2013-2014 met honderd studenten per jaar die via een selectieprocedure zijn toegelaten. De TU Delft is penvoerder van de opleiding. Partners zijn Universiteit Leiden (LUMC) en de Erasmus Universiteit Rotterdam (Erasmus MC). De drie instellingen werken samen in de strategische alliantie Leiden-Delft-Erasmus (LDE).
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids