Er is geen sprake van directe invloed van het bedrijfsleven op het onderwijs of wetenschappelijke onderzoeken van Rotterdam School of Management, Erasmus University (RSM). Dat blijkt uit het rapport van de onafhankelijke onderzoekscommissie naar banden tussen RSM en het bedrijfsleven. Wel is aanscherping van de werkwijze en meer transparantie van RSM op een aantal punten aan de orde, aldus de commissie. Dit meldt Erasmus Universiteit.
NOG
'Geen directe invloed bedrijfsleven op onderwijs en onderzoek RSM'
-Deze commissie onder leiding van emeritus hoogleraar Straf en Strafprocesrecht Gerald Mols van de Universiteit Maastricht werd in juni 2017 ingesteld door het College van Bestuur van de Erasmus Universiteit Rotterdam naar aanleiding van een rapport van ‘Changerism’ over de banden tussen RSM en het bedrijfsleven.
In haar onderzoeksrapport constateert de Commissie Mols dat er geen sprake is van directe invloed van het bedrijfsleven op het onderwijs of wetenschappelijke onderzoeken van RSM. De faculteit heeft de procedures en protocollen op orde, maar aanscherping van de werkwijze en meer transparantie is wel relevant. De aanbevelingen in het rapport van de commissie hebben met name te maken met verdergaande aanscherping van wetenschappelijke integriteit, aanscherping en handhaving van de regeling nevenwerkzaamheden, een vereenvoudiging van de nu gecompliceerde organisatiestructuur van RSM Faculteit enerzijds en aanpalende BV’s anderzijds en blijvende aandacht voor de cultuur van wetenschappelijke integriteit.
Prof.dr. Steef van de Velde, decaan van RSM, neemt de aanbevelingen uit het rapport van de onafhankelijke onderzoekscommissie over en ziet toe op het verder aanscherpen en handhaven van de regels op basis van de aanbevelingen uit het rapport. Van de Velde: “We hebben inmiddels al de nodige zaken in gang gezet. Zo komt er een openbaar RSM Corporate Register waarin alle contacten met het bedrijfsleven transparant en overzichtelijk zijn geregistreerd. We screenen contracten tussen RSM en het bedrijfsleven en passen deze zo nodig aan op bepalingen waaruit enige invloed van het bedrijfsleven op het onderwijs zou kunnen voortvloeien. Voortaan zullen ook de consultancy- en onderwijsactiviteiten binnen de BV’s van de EUR-Holding als nevenwerkzaamheden worden geregistreerd.’’
Het College van Bestuur van de Erasmus Universiteit Rotterdam toetst en monitort de voortgang van de acties. Met betrekking tot de complexe organisatiestructuur stelt het CvB een onafhankelijke adviescommissie in die moet komen met concrete adviezen.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids