Bij de start van het studiejaar is er normaal gesproken sprake van een piekperiode. Nieuwe (internationale) studenten komen aan, terwijl afgestudeerde studenten vaak nog niet uit hun kamers vertrokken zijn. In vorige jaren werd dan een noodopvang gerealiseerd door bijvoorbeeld tijdelijk kamers aan te bieden in een oud gebouw, of door tentenkampen neer te zetten bij een schoolcampus. 

 

Dit jaar is er wel een piekopvang georganiseerd, maar is het tot nu toe nog niet nodig deze te activeren. Dit ligt niet aan het aantal studenten dat een nieuwe studie begint: uit de voorlopige cijfers van de Hanzehogeschool blijkt dat evenveel studenten als vorig jaar zich hebben ingeschreven voor een opleiding. Bij De Rijksuniversiteit Groningen is zelfs een lichte stijging waarneembaar.

 

Woordvoerders van beide hogeronderwijsinstellingen denken dat er minder animo is onder Nederlandse studenten om op kamers te gaan. Het hybride onderwijs, dat zich nog voor een groot gedeelte online afspeelt, zal daar voor een groot deel debet aan zijn. Ook de instroom van buitenlandse studenten is anders vanwege corona. Waar ze normaal gesproken in groten getale in Groningen arriveren, gebeurt dit nu druppelsgewijs, waardoor er geen sprake is van een piek.