De internationale studenten hebben zich verzameld bij Brownies en Downies. Op het eerste bord zien de studenten beschuit met roze en blauwe muisjes en brood met hagelslag liggen. Dat hagelslag een moeilijk woord is blijkt wel als de studenten het proberen uit te spreken. Hofstra legt de studenten uit dat dit een typisch Nederlands ontbijt is. Volgens een student is het beschuit, nadat hij een hap heeft genomen, een beetje droog.

Koekhappen 

Daarna volgen de zoete hapjes. Geen enkele student is bekend met het fenomeen koekhappen. Gelukkig hoeven de studenten dat zelf ook niet te doen en krijgen ze de koeken gewoon op hun bord. Ondertussen wordt het Sinterklaasverhaal uitgelegd. De studenten worden voorbereid op pepernoten die tijdens Sinterklaasintochten in de lucht worden gegooid. Ze krijgen het nog niet te eten, maar zo zijn de studenten alvast wel voorbereid wanneer ze de zakken in de winkels zien liggen.

Bitterballen 

De studenten krijgen tijdens de derde rond roggebrood, zoute en zoete drop en een spiesje met augurk, kaas en druif aangeboden. Ook bitterballen komen tevoorschijn. Een aantal studenten kennen deze al.

'Babyvoedsel dat je nooit aan je baby wil geven' 

Aan het einde van de dag krijgen de studenten de vraag wat het Nederlandse eten voor hen is. “Eten waar geen plezier meer in zit”, zegt een groep. Andere studenten roepen dat het babyvoedsel is dat je nooit aan je baby wil geven.

Eerstejaarsstudent Camila vond het een leuke ervaring. “Al was het eten wat minder.” Poolse student Bouwkunde Aleksandra vond de drop echt afschuwelijk terwijl student July uit Bulgarije de drop best te doen vond. “Maar het spiesje met een augurk, kaas en druifje waren lekkerder.”

Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk