De komende jaren zullen zeker 53 Nederlandse scholen in het buitenland de deuren moeten sluiten door geldgebrek. Hierdoor dreigt het Nederlandse taalonderwijs te verdwijnen in vijftien landen, waaronder Nieuw-Zeeland, Taiwan en Isrël. Dat blijkt uit onderzoek van de Radboud Universiteit Nijmegen in opdracht van Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland (NOB). Dat meldt de Volkskrant.
De scholen die in geldnood zitten zijn vooral kleine scholen waar Nederlandse kinderen een paar uur per week aanvullende taal- en cultuurles krijgen om hun niveau op peil te houden. In 2015 volgen 15.000 kinderen, waarvan 10 procent Vlaamse leerlingen, Nederlands (taal)onderwijs op meer dan 200 scholen wereldwijd. Door het wegvallen van de overheidssubsidie zitten de scholen in de problemen. Er kwam tijdelijk 3,4 miljoen bij, maar dat bedrag verdwijnt weer en eind 2016 ontvangen de scholen helemaal geen overheidssubsidie meer.
De scholen hebben de eerste financiële klas opgevangen door te besparen op lesmateriaal en bijscholing van docenten. Volgens NOB-directeur Karen Peters is de rek er nu uit. Scholen zullen het lesgeld verder verhogen, waardoor veel ouders zullen afhaken, zegt Peters. 70 procent van de schoolbesturen houden rekening met een fors dalend leerlingenaantal blijkt uit het onderzoek.
Staatssecretaris Dekker van Onderwijs benadrukt dat hij primair verantwoordelijk is voor het onderwijs in Nederland. “Als mensen ervoor kiezen in het buitenland te gaan wonen en werken en hun kinderen Nederlands onderwijs willen meegeven, hebben zij daarin ook een grotere eigen verantwoordelijkheid”, aldus Dekker. De staatssecretaris is van mening dat ook Nederlandse bedrijven het wegvallen van de subsidie kunnen compenseren door hun bijdrage aan het lesgeld te verhogen.
© Nationale Onderwijsgids