In 2020 werd er 50 procent meer gegamed dan in het jaar daarvoor. Onder ouders zorgt dit voor toenemende bezorgdheid om hun kinderen en diens gamegedrag. Herman IJzerman van Kenniscentrum Sport en Bewegen denkt echter dat er ook positieve mogelijkheden verbonden kunnen worden aan de populariteit van gamen. Dit meldt ANP Expert Support.
“Hoewel het zeker goed is om scherp te zijn op het gamegedrag van kinderen en te allen tijde het verslavingsrisico zo klein mogelijk te houden, kan gamen juist ook een mogelijkheid zijn om sport en bewegen te stimuleren”, legt IJzerman uit. “Bijvoorbeeld door de ontwikkeling van exergames, waarbij je moet bewegen om een spel goed te kunnen uitvoeren, maar ook bij games waarbij vooral gezeten wordt is er een mogelijkheid kinderen juist aan het bewegen te krijgen.”
Op meerdere plekken in Nederland wordt de mogelijkheid geboden om op locatie te komen gamen, en kinderen kunnen daar de games ook fysiek naspelen. “Dit blijkt een groot succes”, aldus IJzerman. “Daarnaast krijgen de kinderen voorlichting dat een gezond leefpatroon met gezonde voeding en voldoende beweging essentieel is als ze goed willen zijn in gamen. Zo geef je een kind de mogelijkheid om het te laten doen wat zo leuk gevonden wordt, maar in een omgeving waar bewegen wordt gestimuleerd.”
Door: Nationale Onderwijsgids