Dankzij de wet Passend Onderwijs krijgen kinderen met een beperking meer mogelijkheden in het regulier onderwijs en moeten álle leerlingen het onderwijs en de hulp krijgen die het beste bij hun behoeften aansluiten. Volgens de PO-Raad is te zien dat passend onderwijs een jaar na de invoering een goede start heeft gemaakt. Zo krijgen kinderen meer kansen en worden ouders meer betrokken bij de school. Dat meldt de PO-Raad.
“We zien nog niet overal het eindresultaat, passend onderwijs zoals het moet zijn, maar we zien duidelijk de meerwaarde ontstaan. Kinderen krijgen meer kansen, ouders worden meer betrokken bij de school. Daar doen we het voor'', aldus Rinda den Besten, voorzitter van de PO-Raad. “Waar invoeringsproblemen ontstaan, werken we hard aan een goede oplossing.'' Voorwaarde voor succes is wel dat onderwijs rust, ruimte en vertrouwen blijft krijgen om aan passend onderwijs te bouwen, waarschuwt de PO-Raad. “Daarmee voorkomen we dat scholen steeds weer moeten werken met nieuwe regels wat ten koste gaat van de aandacht die zij willen en moeten besteden aan hun leerlingen. Alleen door de rust in het onderwijs te bewaken, kunnen we het kind centraal blijven stellen.''
Passend onderwijs heeft als doel meer leerlingen met speciale onderwijsbehoeften aan het reguliere onderwijs te laten deelnemen. Scholen hebben een zorgplicht voor iedere leerling die bij hen wordt aangemeld. Kunnen zij zelf niet de juiste zorg bieden, dan bepaalt het samenwerkingsverband waar het kind met zijn woonplaats onder valt, welke school dit wél kan. Dat kan ook een school voor speciaal onderwijs zijn. Scholen werken voor passend onderwijs samen in 77 samenwerkingsverbanden.
© Nationale Onderwijsgids