D66 heeft afgelopen week Kamervragen gesteld over het bericht ‘Onderwijs aan ernstig meervoudig beperkte kinderen’ van Verus. Hierin werd gesteld dat er rechtsongelijkheid bestond in het passend onderwijs aan EMB-kinderen. Het ene samenwerkingsverband in het speciaal onderwijs zou andere toelaatbaarheidsverklaringen afgeven dan het andere samenwerkingsverband. Dit meldt de Tweede Kamer.
D66 vraagt zich af hoe het kan dat er sommige samenwerkingsverbanden in het speciaal onderwijs zijn die toelaatbaarheidsverklaringen afgeven tot 20-jarige leeftijd en andere samenwerkingsverbanden tot 16-jarige leeftijd. De partij vindt dat ook niet te rijmen met de aangenomen motie van Ypma waarin staat dat EMB-kinderen tot hun twintigste levensjaar onderwijs kunnen blijven volgen, indien ouders dit wenselijk vinden voor de ontwikkeling van hun kind.
Ook vraagt D66 naar de bevoegdheden van de samenwerkingsverbanden / sectororganisaties in verhouding tot tot die van de scholen. Hoe kan het dat er dan nog te vaak leerlingen al naar de dagbesteding moeten, terwijl zij zich nog kunnen ontwikkelen binnen het onderwijs, vraagt de partij zich af.
Tenslotte richt D66 zich op vragen rond de financiering van EMB-kinderen. De partij wil weten of dit niet beter en efficiënter geregeld kan worden.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
