Het aantal vroegtijdige schoolverlaters moet de komende twee jaar flink dalen als het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het doel voor 2026 wil halen. In het schooljaar 2023/2024 vielen 29.163 mensen uit op het voortgezet onderwijs, mbo en volwassenenonderwijs (vavo), schrijft minister Eppo Bruins (OCW) in een brief aan de Tweede Kamer. Een jaar eerder waren dat er ruim 500 meer. Het streven is om dit in het schooljaar 2025/2026 te verlagen naar 18.000.
Het afgelopen schooljaar was het aantal voortijdig uitgestroomde mbo'ers bijna 2000 lager dan het jaar ervoor. Mbo-studenten vormen de overgrote meerderheid van de mensen die school verlaten voor ze een startkwalificatie hebben, die begint bij een diploma van mbo niveau-2 of de havo.
Scholieren zonder diploma van school
Het aantal leerlingen van het voortgezet onderwijs dat zonder diploma van school ging, is juist gestegen. Volgens Bruins (OCW, NSC) komt dit ook doordat veel mensen die recent naar Nederland zijn gekomen, zoals Syrische en Oekraïense vluchtelingen, van school gaan zonder diploma. Staatssecretaris van Onderwijs Mariëlle Paul wil voor de zomer met een aanpak hiervan komen.
Onderwijs mbo flexibeler
Om het aantal schoolverlaters te verminderen moet vooral het onderwijs op het mbo flexibeler worden, daar staan de scholen volgens Bruins ook voor open. Zo moet het voor mensen die waren gestopt en weer met school willen beginnen makkelijker worden om in de loop van een schooljaar in te stromen.
Voortgezet speciaal onderwijs doorstromen naar mbo
Er komt ook speciale aandacht voor leerlingen die van het voortgezet speciaal onderwijs doorstromen naar het mbo. Bruins schrijft dat zij veel vaker zonder diploma uitstromen op het mbo dan andere leerlingen. De leerlingen moeten voortaan beter worden begeleid gedurende en na de overstap naar het mbo. Een onderzoek hierover wordt in het najaar gepubliceerd.
Door: ANP