
Onderwijsinstellingen beginnen de kansen die duurzaam onderwijs biedt te pakken. Nederlandse scholen in alle onderwijslagen hebben aandacht voor duurzaamheid, zowel in het curriculum, als in hun pedagogische aanpak, in de (bij)scholing van docenten en hun bedrijfsvoering. Dat meldt Leren voor Morgen.
Daarmee komen ze tegemoet aan de wens van veel leerlingen, docenten en toekomstige werkgevers. En ook aan beleidskaders die het belang van duurzaam onderwijs onderstrepen. Dit blijkt allemaal uit de Staat van het Duurzaam Onderwijs , die vandaag door Coöperatie Leren voor Morgen is uitgebracht, als aanvulling op de Staat van het Onderwijs die woensdag a.s. wordt gepresenteerd.
Duurzaamheid in het onderwijs
De brede roep om meer aandacht voor duurzaamheid in het onderwijs is logisch, zegt Giuseppe van der Helm van Leren voor Morgen. Want: “Duurzaam onderwijs biedt niet alleen kansen voor het welzijn van jongeren, hun leerprestaties en het werkgeluk van hun docenten, maar ook voor het aanpakken van allerlei maatschappelijke uitdagingen. Te midden van de huidige crises is het bespreken van maatschappelijke vraagstukken en het onderzoeken van oplossingen belangrijk. Het geeft leerlingen vertrouwen in de toekomst, docenten betekenisvol werk en zorgt voor blijvende aansluiting op de arbeidsmarkt.”
Staat van het Duurzaam Onderwijs
De Staat van het Duurzaam Onderwijs signaleert een groeiende rol van duurzaamheid in alle facetten van het onderwijs. Zo hebben scholen aandacht voor duurzaamheidskennis en -competenties in de lessen. Dat geldt zowel voor het funderend (po- en vo-) onderwijs, als voor het mbo en hoger onderwijs - waar duurzaamheid in sommige gevallen in het kerncurriculum zit, maar vaak ook in keuzedelen en minoren.
Scholing van docenten
Ook ziet het rapport een groei in initiatieven die zich inspannen voor meer aandacht voor duurzaamheid in (initiële) scholing van docenten. Op het gebied van duurzaamheid in de bedrijfsvoering van onderwijsinstellingen, geldt dat het merendeel van de scholen in het funderend onderwijs besparende maatregelen voor verwarming en verlichting heeft genomen, en dat ook onderwijsinstellingen in het mbo en hoger onderwijs goed scoren op dit gebied.
Activiteiten
De genoemde activiteiten die scholen ondernemen op het gebied van duurzaamheid vinden nog wel vaak ad hoc plaats; als los project of dankzij individuele acties van bevlogen docenten. De vergelijking met andere Europese landen leert dat Nederland duurzaamheid relatief weinig vastlegt in (wettelijke) kaders, richtlijnen, beleid of systemen. Dit maakt de aandacht voor de duurzame activiteiten kwetsbaar.
Het ad hoc-karakter zien we terug in het curriculum, in strategisch personeelsbeleid, in (het ontbreken van) professionaliserings-schema’s en in het leer-ecosysteem van scholen. Het ad-hoc karakter past in het beeld dat een duidelijke visie op basis van duurzaamheid geen gemeengoed is, of dat er weinig capaciteit en middelen beschikbaar worden gemaakt om deze visie uit te voeren.
Actualisatie van kerndoelen
Van der Helm: “In het funderend onderwijs is de lopende actualisatie van kerndoelen en eindexamentermen een uitgelezen kans om duurzaamheid echt goed in het onderwijs te verankeren. Verder zitten er talloze kansen in het groeiende aanbod van duurzaam lesmateriaal en bijscholingsmogelijkheden, en in de ondersteuningsstructuur waar vanuit de overheid aan gewerkt wordt. Deze gaat scholen helpen om duurzaamheid echt op te nemen in al die facetten die van invloed zijn op het leren.”
Door: Nationale Onderwijsgids