Vandaag blijkt uit onderzoek van ResearchNed dat het aantal studenten met een studieachterstand met in ieder geval 54.000 is gestegen ten opzichte van het jaar 2018. De stijging is volgens het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) een gevolg van de coronamaatregelen. ISO-voorzitter Kees Gillesse pleit daarom voor “meer fysiek onderwijs”. Dit meld ISO.
NOG
Het ISO: 54.000 studenten hebben studieachterstand door corona
-Uit de cijfers blijkt dat er dit jaar in ieder geval 54.000 studenten meer zijn die aangeven een achterstand te hebben ten opzichte van hun studieprogramma dan twee jaar geleden. De belangrijkste oorzaken voor de studievertraging lijken het wegvallen van lessen, gebrek aan eigen faciliteiten thuis, laboratorium- en practicumonderwijs en stages. Voorzitter Kees Gillesse: “In elk klaslokaal op de universiteit zit wel iemand met extra studieachterstand. Op de hogescholen zijn die cijfers hoger: dan gaat het om bijna drie studenten per klaslokaal. We vermoeden dat dit verschil veroorzaakt wordt doordat er in het hbo meer praktijkonderwijs en stages in het curriculum verweven zitten.”
Uit de resultaten blijkt dat bijna zestig procent van de studenten positief oordeelt over de wijze waarop de instelling het onderwijs heeft georganiseerd tijdens de coronacrisis. Wel geeft driekwart van de studenten aan dat ze de vorm van het onderwijs slechter vindt dan normaal. Meer dan twintig procent van de studenten geeft aan dat een deel van hun onderwijs gestopt of uitgevallen is, bij studenten met veel laboratorium- of practicumonderwijs is dit zelfs vier op de tien. Daarnaast wordt bevestigd dat studenten met gebrek aan faciliteiten thuis veel vaker onderwijs missen. Tot slot geeft ruim dertig procent van de studenten aan minder studiepunten te hebben gehaald door de coronamaatregelen.
Studentenorganisatie ISO vindt de cijfers problematisch, maar ziet ook oplossingen. De organisatie wijst daarbij specifiek naar het OV. Kees Gillesse: “Wat zou helpen is dat er weer meer onderwijs fysiek kan gaan plaatsvinden. Daarvoor is nodig dat het kabinet onderwijs prioriteit geeft. Alleen onderwijs tussen 11.00 en 15.00 uur en na 20.00 uur helpt daar niet bij.”
Ook doet de studentenorganisatie een oproep aan instellingen: “Dit onderzoek laat zien waar belangrijke knelpunten zitten. Studiefaciliteiten moeten zo snel mogelijk weer open. Daarbij is het belangrijk dat bestuurders in gesprek gaan met hun medezeggenschap over wat ze nodig hebben en dat er maatwerk wordt geleverd voor individuele studenten.”
Tot slot is de studentenorganisatie kritisch op Den Haag. Voorzitter Kees Gillesse: “Het is gek dat wij als studentenorganisatie dit onderzoek zelf moesten laten uitvoeren. Deze cijfers moeten het ministerie, universiteiten en hogescholen echt zelf boven tafel halen om goed beleid te kunnen maken. Sturen op zicht moet niet de regel worden. Je moet ook willen uitzoeken hoe het zit.”
Door: Nationale Onderwijsgids