In Amsterdam krijgen kinderen van laagopgeleide ouders de laatste jaren steeds vaker een laag schooladvies, terwijl de schooladviezen in algemene zin juist omhoog zijn gegaan. Volgens socioloog Bowen Paulle kan nog niet van een trend gesproken worden, maar opvallend is het wel. Dit meldt Het Parool.
Een kwart van alle Amsterdamse kinderen in groep acht krijgt inmiddels een vwo-schooladvies, maar voor de groep kinderen van laagopgeleide ouders is dit percentage slechts 10 procent. Opvallender nog is dat van de Amsterdamse kinderen van laagopgeleide ouders jarenlang 33 procent een vmbo basis- of kaderadvies kreeg, maar dat dit in 2018 en 2019 ineens steeg naar 42 procent. Van kinderen van laagopgeleide ouders wordt bovendien het advies na de eindtoets minder vaak naar boven toe aangepast dan bij kinderen met hoogopgeleide ouders. Jeroen Rijlaarsdam, rector van het Ir. Lely Lyceum in Amsterdam, vertelt: “33 procent van onze leerlingen zit na drie jaar een niveau hoger dan waarop ze binnenkwamen. Dat kun je als iets goeds zien, maar je kunt ook denken: waarom was dat advies eigenlijk zo laag?”
Complexe situatie
Bowen Paulle, socioloog bij de Universiteit van Amsterdam, geeft aan dat het niet duidelijk is of het echt om een trend gaat zolang de cijfers van 2020 nog niet bekend zijn. Daarnaast is het ook nog niet mogelijk om al over oorzaken te spreken. “Dit is een enorm complex verhaal, je kunt niet zomaar één oorzaak aangeven. Misschien is er iets veranderd in de leerlingenpopulatie, of speelt het lerarentekort, dat de afgelopen jaren sterk is toegenomen, een rol.”
Groeiende ongelijkheid
Paulle spreekt ook over de groeiende ongelijkheid tussen kinderen: “We zien de afgelopen jaren in ieder geval een explosie van schaduwonderwijs: extra bijles, tutoring en toetstrainingen. Kansrijke ouders investeren steeds meer in het leerproces van hun kinderen, waardoor hun schooladviezen vaker naar boven bijgesteld worden dan bij kansarme gezinnen. De coronacrisis zal die ongelijkheid nog vergroten.”
Door: Nationale Onderwijsgids