Een dynamische manier van testen laat zien dat kinderen die wat minder flexibel leren even goede prestaties leveren als kinderen die een sterkere cognitieve flexibiliteit hebben. Hierop promoveert psycholoog Femke Stad op 11 januari aan de Universiteit Leiden, zo meldt de universiteit.
Kinderen die wat minder flexibel leren, worden snel onderschat in wat ze kunnen. Zij scoren op de gangbare toetsen minder goed dan hun leeftijdsgenootjes. Tot nu toe ging men ervan uit dat zij een verminderd leervermogen hadden, omdat zij niet snel konden schakelen tussen verschillende taken (cognitieve flexibiliteit).
Psycholoog Stad ontdekte dat door een andere manier van testen het verschil tussen meer en minder flexibele kinderen kan worden verminderd of zelfs tenietgedaan. Bij zogenaamd dynamisch testen werden de kinderen tijdens de testafname getraind in hoe ze het beste bepaalde taken konden doen. Hierbij werd ook constant feedback gegeven op wat ze deden.
Het bleek dat door deze manier van trainend testen alle kinderen een taak even goed deden, of ze nou minder of meer cognitief flexibel waren. Bij een gewone test zonder training waren wel duidelijk verschillen te zien tussen meer en minder flexibele kinderen Door de dynamische manier van testen konden dus ook de kinderen die wat minder flexibel zijn meer van hun leerpotentieel laten zien.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
