De wachtlijsten voor een plekje in de kinderopvang worden steeds langer. Waar het noorden van het land vooral een toename ziet in de vraag naar kinderopvang, kampt de Randstad daarnaast met personeelstekorten vanwege de nieuwe kwaliteitseisen voor de babygroepen. Dit melden het Algemeen Dagblad en RTV Noord.
Gemiddeld is de wachttijd voor kinderopvang inmiddels één jaar. Op sommige locaties, zoals die van kinderopvangorganisatie Kindergarden in Utrecht, moeten ouders zelfs twee tot drie jaar wachten voordat hun kind aan de beurt is. In het noorden loopt het nog niet zo'n vaart, maar ook daar beslaat de wachttijd soms al drie kwart jaar.
Wel is er een duidelijke piek aan opvang merkbaar op de voorkeursdagen. Dat zijn de maandag, dinsdag en donderdag. Op de woensdag en vrijdag vragen minder ouders om opvang. Het kan dan lonen om juist op die dagen te werken, zodat er sneller een opvangplaats kan worden gevonden voor een kind.
Gjalt Jellesma van ouderorganisatie BOinK wijt de wachtlijstproblemen met name aan de bezuinigingen die werden doorgevoerd tijdens de economische crisis, zegt hij in het AD. Daardoor werd de opvang duurder voor ouders en gingen er veel minder kinderen naar de kinderopvang. Omdat er weinig werk was, lieten pedagogisch medewerkers zich omscholen. Nu het economisch weer voor de wind gaat en de vraag naar kinderopvang weer toeneemt, wordt deze aderlating zichtbaar.
Door: Nationale Onderwijsgids
