Op 1 juli hadden 17.100 mensen uit het onderwijs een ww-uitkering. Dit is fors meer dan een jaar geleden, zo blijkt uit de cijfers van het CBS. De werkloosheid in het onderwijs loopt al jaren op. Dalende leerlingenaantallen in het basisonderwijs en sluipende bezuinigingen op het personeelsbestand zijn hier schuldig aan, zo meldt de Algemene Onderwijsbond (AOb).
De werkloosheid is voor de derde maand op rij gedaald in Nederland. Toch meldde het CBS dat het aantal ww-uitkeringen gestegen is, met als koploper het onderwijs. Het is traditioneel dat aan het eind van het schooljaar, 1 juli, veel contracten worden beëindigd, maar sinds 2011 is de piek van ww-uitkeringen elk jaar hoger. In 2014 leven 10.000 meer mensen uit de onderwijssector van een uitkering dan in 2011 (7.100). Daarnaast groeit de werkloosheid in het onderwijs steeds harder. Tussen juni en juli steeg het aantal uitkering dit jaar met 3.200, vorig jaar was die toename in dezelfde periode 2.800. Normaal gesproken daalt de werkloosheid in de sector gedurende het schooljaar, desondanks groeit het aantal ww-uitkeringen structureel door tegenwoordig. Dit komt, aldus de AOb, vooral door de krimpende bevolking: er zijn minder kinderen, dus ook minder leraren basisonderwijs nodig.
Schoolbesturen hebben daarnaast ook de afgelopen jaren bezuinigd op personeel. De klassen worden voller; ofwel er wordt meer gedaan met minder mensen. Het aantal banen in het basisonderwijs is bijvoorbeeld sneller gedaald dan de krimp rechtvaardigt en ook in het voortgezet onderwijs werken minder mensen ondanks een lichte groei in het aantal leerlingen. Of deze trend komend schooljaar doorzet, is nog onbekend.
De arbeidsmarktperspectieven op de langere termijn lijken echter redelijk gunstig, zo stelt de bond. De komende jaren bereikt een grote groep leraren de pensioenleeftijd. Dit zal voornamelijk in de Randstad baankansen creëren. Het vinden van een baan in de grensstreken blijft moeilijker.
© Nationale Onderwijsgids
