Normal_bussemaker1

Jonge onderzoekers hebben binnen de universiteit te weinig kansen, vindt minister Bussemaker van Onderwijs. Ook constateert zij dat de verwevenheid van onderwijs en onderzoek op universiteiten onder druk staat. Op universiteiten ligt de nadruk te veel op onderzoek en publicaties. Het geven van onderwijs wordt te weinig gewaardeerd. “Het zou mogelijk moeten zijn om in het onderwijs carrière te maken, al dan niet tot en met de onderwijshoogleraar,’’ aldus minister Bussemaker. Dit meldt Rijksoverheid.

Er zijn te weinig vrouwelijke hoogleraren en onderzoekers met een migratie-achtergrond. Promovendi worden bovendien te weinig voorbereid op een loopbaan buiten de universiteit. Om deze verspilling van wetenschappelijk talent tegen de gaan wil Bussemaker een grotere diversiteit in loopbaanpaden, betere loopbaankansen voor onderzoekers, meer vrouwen in hoge posities bij universiteiten en hogescholen, en meer diversiteit in etniciteit.

Bussemaker investeert daarnaast in 2017 vier miljoen euro in  de introductie van een postdoc/docenten programma in het hoger beroepsonderwijs. Hiermee geeft zij een impuls aan onderzoek-gerelateerd onderwijs in het hbo. In dit programma verricht een  onderzoeker gedurende twee jaar  voor de helft onderwijstaken. Het programma staat open voor gepromoveerde hbo-docenten, en voor gepromoveerden die de overstap naar het hbo willen maken. Vanaf 2018 is hiervoor twee miljoen euro per jaar beschikbaar.

Bussemaker juicht het toe dat universiteiten in de cao afspraken hebben gemaakt om het aantal flexwerkers met contracten van vier jaar en korter terug te dringen. Ook gaat zij de mogelijkheid van societal doctorates, waarbij een promovendus een deel van zijn of haar promotietraject bij een overheidsinstelling doet, mogelijk maken. De maatregelen die minister Bussemaker aankondigt in de Talentbrief komen bovenop de maatregelen vanuit de Strategische Agenda Hoger Onderwijs.

Door: Redactie Nationale Onderwijsgids