In het regeerakkoord is afgesproken dat er 270 miljoen euro komt voor verhoging van de lerarensalarissen. Maar, dan moeten scholen eerst de bovenwettelijke uitkeringen voor werkloze leraren in de cao versoberen. Zowel scholen als vakbonden zijn het hier niet mee eens. Dit meldt Trouw.
NOG
'Eerst salarisverhoging, dan versobering ontslagvergoeding, en niet andersom'
-Leraren krijgen op basis van hun cao bij ziekte of werkloosheid een hogere uitkering dan wettelijk verplicht is. De regering heeft gezegd dat deze bovenwettelijke uitkeringen moeten worden afgeschaft of versoberd. Het geld dat zo wordt bespaard, kunnen scholen gebruiken voor hogere salarissen en werkdrukvermindering.
Zowel scholen als vakbonden vinden de eis van het kabinet opmerkelijk. Ten eerste heeft de minister van onderwijs officieel geen inspraak in de cao en ten tweede gaat hij voorbij aan de functie van de regelingen. Die is namelijk, zo zegt Robert Sikkes van AOb, “smeerolie voor de sector. In tijden van werkloosheid voorkom je dat mensen zich massaal laten omscholen, waardoor we nu, met een tekort, snel weer mensen voor de klas kunnen krijgen.”
Vakbonden vinden dat de hoge werkdruk en de lage salariëring prioriteit heeft. Daarvoor moet nu eerst geld vrijgemaakt worden. En dat geld kan niet uit het korten op bovenwettelijke uitkeringen voor werkloze leraren komen. Wel willen ze de ontslagvergoeding opnieuw tegen het licht houden om het moderner en efficiënter te maken.
Uit informatie die Trouw heeft opgevraagd, blijkt dat een versobering van de bovenwettelijke regelingen bovendien weinig oplevert voor de korte termijn. Want de leraren die enkele jaren geleden zijn ontslagen vanwege de dalende leerlingenaantallen gaan nu aanspraak maken op de ontslagvergoeding, nu de ww-uitkering ten einde is. Dat leidt de komende jaren tot hogere kosten, verwacht het Participatiefonds.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids