De inzet van het extra budget vanuit het Werkdrukakkoord leidt daadwerkelijk tot werkdrukverlichting. Een meerderheid van de ondervraagde leerkrachten zegt persoonlijk een (sterk tot enigszins) lagere werkdruk te ervaren door de inzet van dit budget. Het extra budget vanuit het Werkdrukakkoord wordt het vaakst besteed aan de inzet van één of meer (extra) onderwijsassistent(en). Dat blijkt uit onderzoek naar het Werkdrukakkoord dat eind februari/begin maart is uitgevoerd onder bijna 600 leerkrachten in het basisonderwijs. Dit meldt DUO Onderwijsonderzoek & Advies.
NOG
Leerkrachten basisonderwijs positief over effecten van Werkdrukakkoord
-In februari 2018 sloten de vakbonden met de PO-Raad samen en onderwijsminister Arie Slob, het Werkdrukakkoord. Elke basisschool heeft dit schooljaar (2018/2019) recht op 155 euro per leerling in het kader van dit Werkdrukakkoord. De school mag zelf bepalen hoe dit bedrag te besteden. Van alle ondervraagde leerkrachten weet 91 procent hoe het extra budget vanuit het Werkdrukakkoord op hun school is/wordt besteed. Van deze groep zegt maar liefst 63 procent dat de inzet van dit budget een (positief) effect heeft op hun persoonlijke werkdruk: zij zeggen een enigszins of sterk lagere werkdruk te ervaren door de inzet van dit extra budget. Een derde (33 procent) ervaart persoonlijk (nog) geen lagere werkdruk door de inzet van het extra budget.
Aan de leerkrachten die weten hoe het extra budget vanuit het Werkdrukakkoord op hun school is/wordt besteed (91 procemt), is ook gevraagd waaraan hun school het extra budget uitgeeft. De meerderheid van de leerkrachten (54 procent) geeft aan dat dit extra budget wordt uitgegeven aan de inzet van (extra) onderwijsassistent(en). Daarnaast geeft een derde van de leerkrachten aan dat het budget wordt uitgegeven aan groepsleerkrachten (32 procent) en vakleerkrachten (eveneens 32 procent), zoals een gymleerkracht of een leerkracht voor creatieve vakken. Bijna één op de vijf leerkrachten (18 procent) geeft aan dat het budget aan teamondersteuners (bijvoorbeeld een conciërge) wordt besteed en één op de tien geeft aan dat het extra budget wordt gebruikt om te investeren in meer en/of betere ICT-middelen.
Van de leerkrachten heeft de helft (49 procent) er geen vertrouwen in dat onderwijsminister Arie Slob de komende jaren actief zal blijven werken aan het verlagen van de werkdruk, 16 procent heeft daar wel vertrouwen in. Tevens geeft een meerderheid van de leerkrachten (59 procent) aan dat het extra budget dat de school krijgt in het kader van het Werkdrukakkoord een ‘druppel op de gloeiende plaat is’.
Door: Nationale Onderwijsgids