Bijna een kwart van alle scholen en een minstens zo groot deel van de kinderopvang profileert zich momenteel als kindcentrum; een organisatie waar scholen, kinderopvang en veelal ook jeugdhulp samenwerken voor een betere voorziening voor kinderen en ouders. Dat blijkt uit onderzoek dat onderzoeksbureau Oberon heeft uitgevoerd naar samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang. Dit meldt Het Kinderopvangfonds.
NOG
Onderzoek: Samenwerking basisonderwijs en kinderopvang groeit
-Het Oberon onderzoek De stand van het land 2019 is een vervolg op het landelijk onderzoek naar de samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang dat de ministeries van Onderwijs en Sociale zaken in 2016 als nulmeting hebben laten uitvoeren. Uit de vandaag gepresenteerde cijfers blijkt dat deze samenwerking ten opzichte van 2016 sterk is toegenomen.
Voorzitter Gijs van Rozendaal van Het Kinderopvangfonds is enthousiast maar ook wel enigszins verrast over de uitkomsten: “De omvang en het tempo waarin de samenwerking zich ontwikkelt impliceert dat er feitelijke een stille revolutie gaande is in onderwijs- en kinderopvangland. De samenwerking blijkt veel meer te zijn dan ‘alleen een bordje ophangen’, het gaat om de ambitie de kwaliteit van het aanbod voor kind en ouder te verbeteren”, vervolgt hij. “Het laat bovendien zien dat de vorming van kindcentra geen hype was. Het is een goede ontwikkeling die we vanuit Het Kinderopvangfonds van harte ondersteunen, onder meer via ons project PACT voor Kindcentra.”
“De belangrijkste reden om samen te werken is om een plek te bieden waar kinderen hun talenten het best kunnen ontwikkelen”, ziet onderzoeker Michiel van der Grinten van Oberon. “Het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden en een betere zorg voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben, zijn twee andere belangrijke redenen. Scholen en kinderopvang zien dat kinderen zich door intensieve samenwerking beter ontwikkelen en met meer plezier naar school gaan.”
Leerkrachten, pedagogisch medewerkers en anderen werken steeds meer samen in een team. Onderzoeker Michiel van der Grinten ziet echter dat de samenwerking niet alleen plaatsvindt op de werkvloer: “Op de lange termijn wil bijna de helft van de bestuurders toewerken naar één integrale organisatie voor kinderopvang en onderwijs. Partijen die de samenwerking willen verbreden denken daarbij in de eerste plaats aan uitbreiding met jeugdhulp. Zo kunnen ze ook kinderen die extra ondersteuning nodig hebben beter en sneller helpen.”
“Helaas blijken er nog belangrijke belemmeringen in wet- en regelgeving en in financiering”, ziet Gijs van Rozendaal van Het Kinderopvangfonds. Het Kinderopvangfonds roept het kabinet dan ook op eindelijk werk maken van een goed en toegankelijk aanbod van kinderopvang voor alle kinderen van zestien uur vanaf 1 tot 4 jaar en zes uur van 4 tot 12 jaar.
Door: Nationale Onderwijsgids