Minister Bussemaker van OCW is niet van plan het vak Duits verplicht te stellen op mbo-scholen in de grensstreek. Wel vindt ze dat mbo-scholen hun opleidingenaanbod zo goed mogelijk moeten afstemmen op de vraag van de regionale arbeidsmarkt. Dat schrijft de minister in een reactie op de brief van een aantal mbo-scholen in de grensregio’s.
Burgemeesters uit elf grote steden in de grensstreek pleitten er eind november bij de minister voor om het vak Duits te behouden voor het mbo. Werkgevers in met name het midden- en kleinbedrijf aan de grens met Duitsland hebben er last van dat hun personeel steeds minder Duits spreekt. Bovendien zou de sterke Duitse arbeidsmarkt ook mogelijkheden kunnen bieden voor Nederlandse werkzoekenden, mits zij de Duitse taal op een redelijk niveau beheersen.
Verplichting helpt niemand
Minister Bussemaker erkent dat Duits een meerwaarde heeft voor mbo-studenten die bijvoorbeeld een zorgopleiding in de Achterhoek of in Limburg volgen, maar voor studenten die dat doen in Rotterdam, geldt dat niet. Ze is van mening dat een centrale verplichting vanuit Den Haag niet gewenst is. Integendeel, het levert alleen maar meer regels op voor de scholen. Zo geven ook studenten, docenten en bestuurders zelf aan.
Afspraken in de regio
Wat de minister betreft is het in eerste instantie aan de scholen om, samen met het bedrijfsleven en regionale overheden, goede afspraken te maken over het onderwijsaanbod en studenten goed voor te lichten over welke vakken hun baankansen vergroten.
© Nationale Onderwijsgids
