Een mbo-diploma op niveau 4 van de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) is in 2015 bijna net zo duur geworden als een universitair masterdiploma. De kosten voor dit type diploma stegen in 2015 met 7 duizend euro naar ruim 156 duizend euro. De stijging was verreweg het hoogst van alle onderwijstypen. Afhankelijk van het diploma stegen de onderwijskosten 2,2 tot 4,8 procent. Het gaat hiermee om de totale kosten die gemaakt worden om het onderwijs tot het einddiploma te verzorgen, vanaf de basisschool. Dit meldt CBS.
De overheid, bedrijven en huishoudens betalen allen mee aan de kosten voor onderwijs, maar de bijdrage van de overheid is verreweg het grootst. In 2015 droeg de overheid op alle onderwijsniveaus meer dan 75 procent van de uitgaven per einddiploma. Tot en met het voortgezet onderwijs draagt de overheid zelfs bijna alle onderwijskosten. Pas vanaf het vervolgonderwijs—mbo, hbo en wo—dragen bedrijven en huishoudens significant aan de kosten bij. Voor een hbo-diploma waren de uitgaven van huishoudens en bedrijven bijvoorbeeld 12,7 procent van de totale kosten van het diploma; voor een mbo-bbl diploma op niveau 4 betaalden huishoudens en bedrijven zelfs bijna een kwart van alle kosten.
Een student volgt zo’n 2,5 jaar langer onderwijs voor het behalen van een wo-master diploma dan voor een mbo-bbl 4 diploma. Desondanks waren zoals gezegd de kosten voor een universitair masterdiploma in 2015 bijna gelijk aan de kosten voor een mbo-bbl 4 diploma. In 2010 kostte een masterdiploma nog ruim 6 duizend euro meer dan een mbo-bbl 4 diploma, in 2015 was dit verschil gedaald naar 472 euro. Dit komt vooral door hogere kosten voor het praktijkdeel van een mbo-opleiding in de beroepsbegeleidende leerweg. Bedrijven nemen een groot deel van de begeleidingskosten van mbo’ers op een leerwerkplek voor hun rekening. Deze kosten zijn toegenomen omdat per mbo’er de loonkosten van praktijkbegeleiders en het aantal praktijkuren sterk zijn gestegen.
De overheid geeft het meest uit aan een einddiploma in het hoger onderwijs. Dit komt doordat kinderen relatief lang onderwijs volgen tot zij een einddiploma in het hoger onderwijs behalen. De overheidsuitgaven voor een universitair masterdiploma zijn in 2015 met 2885 euro gestegen. Dit komt vooral door hogere uitgaven in het voortraject, aan basis- en voortgezet onderwijs. Vanaf 2015 ontvangen scholen namelijk meer middelen vanuit het ministerie van Onderwijs. De standaard onderwijsduur naar een universitair masterdiploma is 20,2 jaar. De overheid gaf per masterdiploma 1641 euro meer uit aan het basisonderwijs en 974 euro meer aan het voortgezet onderwijs.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids