De recent gestarte pilot ‘MBO Cultuurkaart mét budget’ verdient om meerdere redenen mbo-brede navolging, vindt CJP-directeur Walter Groenen. Burgerschapsthema’s gaan meer leven binnen en buiten de klas, docenten en studenten kunnen zélf inhoud en vorm geven aan hun culturele ervaringen én de kunst- en cultuursector heeft er met ‘het mbo’ in één klap een heel interessante doelgroep bij. Dat meldt de MBO Raad.
Helemaal nieuw is het idee van een cultuurkaart voor mbo-studenten niet, als je bedenkt dat er al sinds 2016 een kortingspas voor het beroepsonderwijs bestaat waarmee ook mbo’ers op kunst- en cultuurpad kunnen. “Wél nieuw is dat het ministerie van OCW geoormerkt budget heeft toegevoegd aan de pas, speciaal voor het mbo”, vertelt CJP-directeur Walter Groenen. “Het gaat om een bedrag van 10,50 euro over twee jaar per student dat klassikaal of individueel kan worden ingezet. Hoe precies, dat beslist de school.”
Culturele ervaringen
Dat bijna 7 jaar na introductie van de ‘voordeelpas-oude-stijl’ geld is vrijgemaakt om mbo-studenten eenvoudiger toegang te geven tot de culturele schatkamers van Nederland, zo hun verbeelding te prikkelen en ontwikkeling te stimuleren, vindt Walter Groenen een logische gedachte. “Jongeren gaan graag op ontdekkingstocht, kunst en cultuur horen daarbij. Door culturele ervaringen leren ze hoe ze zich verhouden tot anderen. Ze maken herinneringen voor het leven en doen niet eerder gedane inzichten op. Hierdoor groeien jongeren, dus ook mbo-studenten, uit tot wie ze zijn. De MBO Cultuurkaart versnelt niet alleen dit proces, maar maakt het ook mogelijk om kunst en cultuur op allerlei manier te integreren in het mbo-onderwijs.”
Burgerschap
Daarmee is de link met burgerschap en burgerschapsonderwijs, juist binnen het mbo een relevant kwalificatieonderdeel, snel gelegd. Kunst en cultuur is een mooie paraplu voor onderwerpen die bij burgerschap aan de orde komen. Het raakt aan veel onderwerpen die met burgerschap te maken hebben en nodigt uit om burgerschapsthema’s op een andere, ‘buiten de hokjes’-manier te bekijken en aan te snijden. Anders dan bijvoorbeeld in een boek of via een discussie in de klas. Walter Groenen: “Culturele ervaringen zijn ook een belangrijke katalysator om studenten op een andere manier te laten nadenken en de bij burgerschap zo belangrijke kritische denkvaardigheden aan te boren. De culturele sector is sowieso goed toegerust om samen met mbo-docenten burgerschapsthema’s op- en aan te pakken, al is de link met burgerschap er maar één. Ik kan me heel goed voorstellen dat docenten Nederlands een schrijver uitnodigen tijdens de les. Of dat studenten van het Hout- en Meubileringscollege naar museum Van Loon gaan voor een expositie over de restauratie van oude objecten. Docenten en studenten kunnen, afhankelijk van de opleiding, zelf vorm en inhoud geven aan hun culturele ervaringen.”
Kunst- en cultuurmakers
Andersom ligt er met de MBO Cultuurkaart ook een mooie kans voor de culturele sector zélf, oppert Walter Groenen: “Ik kan me goed voorstellen dat kunst- en cultuurmakers kijken in hoeverre hun aanbod aansluit of beter kan aansluiten op mbo-studenten. Het Rijksmuseum heeft met ‘De Ideale Burger’ bijvoorbeeld een speciaal mbo-programma ontwikkeld, in navolging op de komst van de kaart. Mensen in de cultuursector zijn zich er ook steeds meer van bewust dat mbo’ers niet alleen collega’s zijn die de techniek, beveiliging of catering regelen, maar jou als doelgroep ook kunnen bezoeken. Zeker nu het budget er is, moet je wel gek zijn als culturele instelling om daar niets mee te doen.”
Kortingspas voor docenten
Bij de opzet van de pilot is ook goed gekeken naar ervaringen in het voortgezet onderwijs, waar de kaart intussen gemeengoed is, ook onder het onderwijzend personeel. Walter Groenen: “De MBO Cultuurkaart is behalve voor studenten ook een kortingspas voor docenten. Binnen het voortgezet onderwijs is bij het vak Culturele en Kunstzinnige Vorming (CKV) ‘reflectie’ een vast onderdeel, waarbij ervaringen worden gedeeld en vastgelegd in een digitaal dossier. Dat zou op het mbo ook moeten gebeuren, zeker in combinatie met burgerschap. Alle deelnemende scholen krijgen daarom gratis een tijdelijke softwarelicentie voor hun digitale dossiervorming. Voor docenten is het een handige manier om onderling materialen uit te wisselen en opdrachten digitaal aan studenten mee te geven. Studenten op hun beurt kunnen een tijdlijn maken van wat ze op kunst- en cultuurgebied hebben gedaan, als bewijs – bijvoorbeeld tijdens een sollicitatiegesprek- dat ze meer van de wereld hebben gezien.”
Door: Nationale Onderwijsgids