Om tot echt passend onderwijs te komen moeten scholen investeren in de relatie met de ouders van kinderen met een beperking of ondersteuningsbehoefte. Daarvoor pleit Ieder(in) samen met negen andere organisaties, zoals PerSaldo en BOSK, in een brief aan de Tweede Kamer. De organisaties zeggen meldingen te krijgen waaruit blijkt dat de relatie tussen de scholen en de ouders vaak te wensen overlaat. Dat meldt Ieder(in).
Volgens de organisaties lijkt het of ouders vrij zijn in het kiezen van een school voor hun kind, maar uiteindelijk is de stem van het samenwerkingsverband doorslaggevend. Het systeem en de procedures blijken leidend, in plaats van dat er gekeken wordt naar wat een leerling nodig heeft om te kunnen leren. Ook zou het belang van het kind vaak ondergeschikt gemaakt worden aan financiële overwegingen.
Verder schieten de samenwerkingsverbanden volgens Ieder(in) ernstig te kort in hun verplichting ouders informatie te verstrekken over het ondersteuningsaanbod en te ondersteunen bij de aanmeldingsprocedure. De organisaties pleiten er daarom voor dat in elk samenwerkingsverband laagdrempelige en onafhankelijke ondersteuning voor ouders beschikbaar komt. De expertise van ouderorganisaties kan veel bijdragen aan het passend onderwijs, maar het blijkt nu vaak nog weinig benut te worden. De organisaties pleiten er dan ook voor dat de positie van ouderorganisaties zowel op regionaal als landelijk niveau versterkt moeten worden.
De organisaties zijn blij met het wetsvoorstel waarin wordt vastgelegd dat het handelingsdeel van het ontwikkelingsperspectief van het kind met instemming van de ouders moet worden vastgelegd. Wel willen de organisaties dat er toezicht komt op de naleving en evaluatie.
© Nationale Onderwijsgids